107
Kotta-Radja. Omstreeks half Juli werden de rapporten der in het
kwartier terugkeerende patrouilles steeds verontrustender aangaande
den staat van tegenweer waarin Soerian werd gebrachtzoodat ko
lonel Pel zich genoodzaakt zag op nieuw offensief te werk te gaan,
met het doel, dit broeinest des vijands te zuiveren en daarna te
bezetten. De 26ste Juli werd voor deze operatie bestemd.
De voorafgaande dagen hadden zich gekenmerkt door eene bijzon
dere stilte in de te vermeesteren kampong, hetgeen, in verband met
verschillende berichten der spionnen, de onderstelling wettigde, dat
de bezetting tijdelijk was ingekrompen; het oogenblik om den aanval
te ondernemen was dus als aangewezen; de kolonel Pel nam weder
zelf het bevel op zich.
Terwijl het gerucht liep dat men tegen Langkroek zou ageeren,
waren des morgens omstreeks 6 uur te Blang-oe samengetrokken het
rechterhalf 2de bataillon, voor zoover dit beschikbaar was, daar het
de bezetting der verschillende posten in Maraksa uitmaakte, het
linkerhalf 3de bataillon, 2 sectien artillerie en een peloton genie
troepen, welke macht in twee afdeelingen werd gesplitstde eene on
der den majoor M. A. E. Phaff', bestemd om de operatiën te ope
nen, de andere door den majoor J. G. H. Grooss aangevoerd, om
voorloopig in reserve te Blang-oe te verblijven. Inmiddels hadden
de verschillende postkommandanten order ontvangen reeds vroeg in
den morgen het (geschut-) vuur te openen tegen de nabij liggende
kampongs des vijands; Soerian en Padang-Kassat waren derhalve uit
Kotta-Radja en Blang-oe den ganschen ochtend met granaatvuur
geteisterd, en toen dit, overeenkomstig de uitgevaardigde orders, om
7 uur ophield, ving de majoor Phaff den tocht aan.
En Long-Djabat, en het zuidelijk daaraan grenzende Tjoet-Aroein
werden zonder ontmoeting met den vijand doorgetrokken, hoewel
langzaam, daar in de zware paggers die beide kampongs doorsneden,
telkens door de genietroepen doorgangen moesten worden gekapt.
Maar nauwelijks deboucheerde de kolonne op de natte sawahen
kreeg zij rechts kampong Sinangrivóór zich Soerian in het gezicht
of een hevig geweervuur uit den eerstvermelden vijandelijken post
gaf blijk van de waakzaamheid onzer tegenstanders. Terwijl de
ambulance, met de vereischte dekking, te Tjoet-Aroem achterbleef,
kwam de artillerie rechts tegen Sinangri in batterij en stak de kolon-
ne de ruim 100M. breede sawah over, ontwikkelde eene sterke
tirailleurlinie in den rand van kampong Soerian en drong langzaam
voorwaarts, tot de voorhoede, plotseling door een moorddadig vuur