122
Het gebied, dat door dien kring besloten wordt, is thans volkomen
beveiligd. Wanneer de omstandigheden het hadden toegelatendan
zouden waarschijnlijk Ketapang Doea en Bital in den kring opgeno
men en dan zou misschien aan den linker oever van de Kwalla
Tjangkoel post gevat zijn, ten einde aan Toekoe Nanta de gelegen
heid te benemen om, zoo als hij bij voortduring deed, onze posten
aan den rechter oever van dien riviermond te beschieten. Maar ge
durende de laatste maanden van het droge jaargetijde was de ge
zondheidstoestand der troepen ongunstiger dan ooit te voren, zoodat
het niet mogelijk was, operatiën te ondernemen die eene groote
krachtsontwikkeling eischtenen alleen het vuur der oorlogsschepen
kon benuttigd worden tot tuchtiging van het gebied van Toekoe
Nanta.
Bij een Indisch besluit van 12 April 1875 werd eene genees
kundige commissie benoemd om te onderzoeken of van regeeringswege
in het belang der hygiène nog voorzieningen zouden kunnen genomen
worden. De commissie kwam den 28sten April in Atjeh. Aan ge
stadige zorg voor het welzijn der troepen heeft het ïntirsschen niet
ontbroken.
De o-eest der troepen bleef, niettegenstaande de heerschende ziekten
en niettegenstaande den moeitevollen arbeid die aanhoudend van hen
gevorderd werdsteeds opgewekt en den meesten lof alleszins waardig.
Hun bevelhebber, de generaal-majoor Pel, zag zich, na een verblijf
van ruim zeveutien maauden op het oorlogstooneelverplicht om Atjeh
voor eenigen tijd te verlaten tot herstel van zijne geschokte gezondheid.
Hem werd de gelegenheid gegeven om zich gedurende drie maanden
te Buitenzorg op te houden, terwijl hij als militair en civiel be
velhebber tijdelijk vervangen werd door den kolonel der infanterie
G. B. T. Wiggers Van Kerchem, die den 12deQ Juni jl. als zooda
nig optrad.