In het koloniaal verslag ("zie Mil. Tijdschrift 1876 blz. 46) zegt
de Minister, dat ten gevolge van den oorlogstoestand nog niet de
proef is genomen met den voorgenomen maatregel tot beteugeling
der dronkenschap door tijdelijke inhouding der soldij, Wij nemen
de vrijheid, te wijzen op hetgeen, op blz. 176 van den loopenden
jaargang van dit tijdschrift, omtrent die straf en hare gevolgen bij
het Engelsche leger is medegedeeld. Desertiën zouden hier wel niet,
althans niet in belangrijke mate, te vreezen zijn, maar daarentegen
zou door dien maatregel wellicht ontevredenheid geboren worden.
Ten aanzien van de desertiën onder het inlandsch deel des legers
meenen wij van deze gelegenheid gebruik te moeten maken om de
aandacht te vestigen op de nadeelige gevolgen der algemeene order no. 3
van 1842, krachtens welke elk eiland wordt verklaard tot één garnizoen,
zoodat de te Batavia weggeloopen soldaat, te Barijoewangie opge
vat, slechts disciplinair gestraft kan worden. Deze bepaling, hoe
humaan ook in beginsel, vooral wanneer men de strenge toepassing
van het crimineel wetboek ten aanzien van personen, op korten afstand
van hun garnizoen opgevat, in Nederland in aanmerking neemt, heeft
het groote nadeel, dat zij jaarlijks tal van inlanders feitelijk tot oplichting
verleidt, derhalve demoraliseerend werkt en het gezag verzwakt. Een
groot aantal inlanders ontvangt jaarlijks handgeld bij indiensttreding,
wordt geheel van Gouvernementswege gekleed, en verdwijnt daarna, zon
der dat men iets verder van verneemt. Een enkele, die opgepakt wordt,
kan disciplinair gestraft worden, b. v. met veertien dagen provoost';
hij heeft intusschen zijn kleeding verkocht, ontvangt de noodza
kelijke uniformstukken op nieuw op schuld, en verdwijnt daarna
weder. Dit is eene industrie gewordenwaaraan het o. i.' meer dan
tijd is, paal en perk te stellen; en daarvoor is wel geen beter mid
den, dan de artt. 134 en volgende van het Crimineel Wetboek we
der toe te passen. Wil men onbillijke krijgsraadzaken voorkomen,
dan stelle men den rayon, tot het garnizoen behoorende, ruim; doch
niet van Anjer tot Banjoewangie
Wij zeiden boven, dat een groot aantal inlanders de straks ver
melde industrie beoefenen. Dit neemt steeds toe, zooals uit onder
staande cijfers blijkt.
De rubriek//gedeserteerd of om eenige andere reden afgevoerd",
in de opgaven der jaarlijksche verliezen van het leger in het ko
loniaal verslag voorkomende, wordt bijna geheel gevuld door de bo
venbedoelde categorie van personen, die wel als deserteurs worden
262