292 houden tot vaststelling van een nieuw plan. Deze raad erkende de onmooglijkheid van een rechtstreekschen aanval op de kusten en ver klaarde, dat men zich vergenoegen moest met de volvoering van den gegeven lastde havens en de monden van de bevaarbare rivieren te blokkeeren of in te sluiten. Tevens werd besloten het bombarde ment van Dantzig en Kolberg te beproeven. De vloot werd alzoo gesplitst in twee smaldeelen, waarvan het eene, onder bevel van den admiraal, de kust ten oosten van ïtügen moest blokkeeren, en het andere onder den schout-bij-nacht Dieu- donné tot taak had een gelijken arbeid te volbrengen ten westen van dat eiland. De admiraal deed te gelijker tijd overal de blokkade bekend ma ken. Deze //te laat genomen" maatregel werd evenwel niet op eene doel treffende wijze in de Oostzee ten uitvoer gelegd. De schrijver geeft vervolgens een overzicht van den staat der kus ten van laatstgenoemde zee of golf. De werken van Diippel en Sonderburg waren gewapend met vijf tig stukken van zwaar kaliber, gericht naar de zee; en om Sonder burg, waarvan de haven bovendien verdedigd werd door tal van tor pedo's, was een korps van tienduizend man van alle wapenen gele gerd, gereed om zich op de troepen te werpen, die de vijand op deze plek mocht ontschepen. De werken van Kiel, die bij den aanvang van den oorlog nog niet voltooid waren, bevonden zich reeds in het begin van Augustus in een hoogst eerbiedwekkenden toestand. De ingang dezer haven werd verdedigd door het nieuwe fort Kriedrichsort, dat men op den Brau- neberg had opgericht, door de batterijen, opgesteld aan den ande ren kant der haven en gewapend met zes en vijftig stukken van zwaar kaliber, alsook door eene linie van torpedo's en een geheel stuwstelsel, door vuur van al de kustbatterijen beschermd. De stad Kiel had eene bezetting van vijfduizend man marine-troepen, land weer en dépot-troepen. Daarbij moet men de zeventiende divisie in fanterie voegen, die zich te Hamburg bevond en aan de bezetting van Kiel de hand reikte. In die haven hadden zich een linie-schip, een korvet, een advies-vaartuig en drie kanouneerbooten terugge trokken. Lubeck werd verdedigd door verschansingen bij Travemiinde, maar nog meer door het op die plaats zeer lage water. De haven Wismar, van zooveel gewicht zoowel uit het oogpunt der strategie als der zeevaart, en waarop de Kranschen hunne keus

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1876 | | pagina 299