334
geen algemeene en onvoorwaardelijke besluiten mag trekken. Wat
waarschijnlijk blijft, is, dat een groote oorlog Rusland sneller zou
uitputten dan andere landen en er dieper sporeu zou achterlaten
gelijk men bij den Krim-oorlog heeft gezien. Toch is het tegen
woordige reeds vrij wat beter in staat daarvan de inspanning vol te
houden dan het dit was in 1856."
De generaal Lapasset en Bazaine. De generaal Lapasset, die in
September te Toulouse, waar hij zich nog onderscheiden heeft bij den
watersnood, gestorven is, nauwlijks twee en vijftig jaren oud, was
een der dapperste officieren van het Transche leger. Men heeft zijn
edel gedrag te Metz niet vergeten; men herinnert zich zijne verkla
ring voor den krijgsraad van Trianon, benoemd tot het vonnissen
van Bazaine, en de diepe ontroering, waarmede zijne woorden werden
begroet. De generaal Lapasset had, gelijk de andere generaals, last
ontvangen de vaandels van zijne brigade naar het arsenaal te zenden.
Hij weigerde, riep zijne colonels bijeen, beval hun de vaandels te
doen verbranden in tegenwoordigheid hunner officierenen schreef
aan den commandant van het tweede legerkorps dezen bewonderens-
waarden brief:
t> De gemengde brigade geeft hare vaandels aan niemand over en
zij verlaat zich op niemandvoor de treurige taak ze te verbranden
zij zelve heeft die dezen morgen volbracht, en ik heb de processen-
verbaal van die droevige verrichting in handen."
Men heeft uit de verklaring van den generaal Lapasset kunnen
zien, hoe ver de eerlooze dubbelhartigheid van Bazaine ging.
//Ik had", heeft de generaal gezegd, //het ontwerp gevormd, mij
met mijn gemengde brigade door te slaan; ik had de punten voor
het doorbreken bestudeerd. Toch wilde ik, alvorens het leven van
vijfduizend dapperen te wagen, weten, welke ontwerpen er beston
den en ik ging den maarschalk opzoeken. Het was den drieëntwin
tigsten October, tegen twee uur in den middag. De maarschalk ont
ving mij met zijne gewone welwillendheid. Hetzij hij kennis droeg
van mijn plan, hetzij hij een voorgevoel had van wat ik wilde doen,
hij zeide mij//Lapasset, zie je, geen dollen zetMen moet niet
op zich zelf handelenmen moet niet ieder individueel zich door
slaan laat mij begaan."
//Op dat oogenblik kwam de maarschalk Canrobert binnen. Ik,