397 5e. Als uitbreiding van art. 6 der conventie wordt vastgesteld, dat, met uitzondering van die officieren, wier gevangenhouding op het lot der wapenen invloed zou kunnen uitoefenenen binnen de grenzen, bepaald in de tweede paragraaf van dat artikel, de in 's vijands handen gevallen gekwetsten, zelfs al worden zij niet ongeschikt ge acht voor den dienst, na hunne genezing of zoo mooglijk vroeger naar hun land zullen moeten worden teruggezonden, echter onder voor waarde, dat zij gedurende den loop van den oorlog de wapenen niet meer zullen opvatten. Aldus luidde liet stuk, dat aan de algemeene bezorgdheid overliet lot der slachtoffers van den oorlog beantwoordde. Het is, gelijk men ziet, zeer onbepaald en vol achterdeurtjes, maar enfinhet huldigt het beginsel der onzijdigverklaring van den geneeskundigen dienst en beperkt aanmerkelijk het goeddunken van den overwinnaar. Toen dit eerste punt gewonnen was, bleef er nog veel te doen; men moest nog de hulp in oorlogstijd organiseerenen een staat van zaken wijzigen, die vroeger geschapen was geworden, toen de ge kwetsten als vijanden werden aangezien. Alle landen zetten zich aan het werk; overal zag men maatschappijen voor hulp aan de gekwet sten verschijnen, die zich onder het schild der conventie van Genève stelden, elke op hare manier de vraagstukken der détails oplossende. In Frankrijkwaar de bestaande organisatie in ieders oog bijzonder droevig scheen, stichtte men in 1S66 eene maatschappijdie den titel aannam van Societe franqaise de secuurs aux blessés militaires des armées de terre et de mevDoor den staat als nvan algemeen nut erkendontwikkelde zij zich door officiëele bescherming en mo nopolie, en eindigde met eene aanzienlijke macht te verwerven. Zij bestond uit eenige bankiers, eenige senatoren, waarbij zich eenige graven en markiezen gevoegd hadden, die aan het regeerstelsel van het keizerrijk gehecht waren. I wee geneesheerende heer Nelatondie de militaire heelkunde niet verstond, en de heer Chenu, te bevoegd om invloed te hebben op die aristokratische omgeving, gingen onder die filauthropen ver loren, wier rol zich bepaalde tot geld geven en redevoeren. Alles geschiedde er en familierecht huiselijk; een raad van beheer, ge kozen onder de bloedverwanten en de vrienden der bloedverwanten van twee of drie invloedrijke personages, bestuurde de maatschappij op

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1876 | | pagina 394