512
van Servië. Turkije, dat nagenoeg twintigmalen meer inwoners heeft,
beschikt, op het papier, slechts over een effectief van 367000 man,
waarvan alleen de helft werkelijk schijnt te bestaan. Volgens een
verslag van den Oostenrijkscheu generalen staf was Servië in 1875
reeds in staat 75000 man in slagorde te brengen. Sinds dat jaar
heeft het gouvernement niet opgehouden, met kracht te arbeiden om
de militaire organisatie voltallig te maken en te verbeterenRussi
sche officieren hebben den generalen staf versterkt; een hunner, de
generaal Tsjernajef, heeft officieel het opperbevel over de Servische
troepen. Wat de geldelijke middelen betreft, het Russische gou
vernement heeft sinds lang de gewoonte, den Slavischen staten van
het Balkansche schiereiland te hulp te komen.
Het militair instinkt, waarmede de Serviërs in den hoogsten graad
bedeeld zijn, maakt de opvoeding van de militie gemakkelijk. Deze,
voorloopig geoefend in de gemeenten en in de kantonsneemt elk
jaar, in de lente en in den herfst, deel aan twee algemeene manoeu
vres, waarvan de duur vijf en twintig dagen is.
De onderofficieren worden opgeleid in speciale scholen, geplaatst
onder de leiding van officieren van het actieve leger. De reserve
officieren worden voornamelijk gevonden uit de centrale Militaire
Schoei te Belgrado; deze bevat driehonderd leerliugen na een
cursus gedurende den winter hebben zij een tijdperk van praktische
oefeningen bij het geregelde leger. Zoo bestuurt het vaste leger de
opleiding van de kaders der militie. Majoors met activiteits-rang
voeren de brigades der zeventien afdeelingen aan; de bataljons staan
onder kapiteins, eveneens actieve.
Teekenen wij nog aan, dat het geregelde kader in vredestijd geen
divisie-generaals telt; de binneulandsche omwentelingen van Servië,
ten tijde van Milosch en Alexander Karageorgewitsjverklaren,
waarom het onvoorzichtig kan schijnen militaire chefs aan te stellen,
die over te groote strijdkrachten beschikken.
Bij den staf wordt de ruimste plaats toegekend aan de artillerie
officieren. Zij komen voort uit een speciale schoolde eerste kwee-
kelingen worden gedurende een jaar in den vreemde gezonden, voor
al naar Berlijn. De wapening is dan ook betrekkelijk zeer volkomen.
Krakujewac is het groote tuighuis van Servië; nooit is daar ver-
poozing. Reeds in 1871 bevatte het een voorraad van 200 getrok
ken veld-kanonnen van 12, 8 en 4, zonder de bergstukken en mi
trailleuses te rekenen. Ziehier eene bijzonderheid, die in de tegen-