5-34 van het geheele werk in verband brengen met de voor het doel te uitvoerige mededeelingen aan de eene, en met de te beperkte opgaven aan de andere zijde, dan schijnt het ons toe, dat den schrijver voor de samenstelling van zijn boek niet de noodige tijd, ook tot voorbe reiding, is gelaten, en dat de wijze les van Horatius: //nonum pre- matur in annum", wel wat uit het oog verloren is geworden. Uit drukkingen zooals op blz. 9 //gisting, die op oxydatie berust", het geen wel niet als zuiver wetenschappelijk kan worden aangemerkt; op blz. 8, waar gesproken wordt van eene //zuiver witte, eenigszins naar het blaauwe trekkende" dus niet zuiver witte kleur; op blz. 17, waar eigenlijk gezegd wordt dat gerookt varkensvleesch de voorkeur verdient boven gezouten, terwijl blijkens het later vermelde bedoeld wordt, dat Hollandsch spek beter is dan het Amerikaansche; op blz. 11], waar gezegd wordt dat het hier de plaats niet is, om in te gaan op de constructie van de papiermachine, en op vele andere plaatsen, zijn niet geschikt, ons van de zooeven geuite meening terug te brengen. Wij zijn dan ook van oordeel, dat bij een, naar wij hopen en ook verwachten, spoedig noodigen tweeden druk van de Handleiding des schrijvers, deze nog eens nauwkeurig moet worden herzien; dat op sommige plaatsen aanvulling, op andere bekorting, op vele cor rectie van taal en stijl, en, over het geheel, eene meer stelselma tige indeeling noodig zal blijken. Wat thans geleverd is, moet beschouwd worden als eene eerste proeve, en mits men het als zoodanig beschouwe, is het uitstekend geslaagd. De schrijver heeft iets nieuws en iets nuttigs, ja iets onontbeerlijks geleverden het leger is hem daarom erkentelijkheid verschuldigd. Hij heeft een eersten stap gedaan op een nog niet verkend terrein. Wij hebben, juist daarom, te eerder vermeend, onze opmerkingen niet te mogen terughouden. Zij kunnen, al komen ze ook van eene onbevoegde hand, wellicht eenig nut hebben, en reeds op de eer ste bladzijde van den eersten jaargang van dit tijdschrift werd er op gewezenmede te werken tot verbetering is plicht. Plet werkje, ongeveer 200 bladzijden druks bevattende, is ver krijgbaar gesteld voor een prijsdie zelfs in Nederland laag zou heetenen alleen bij een ruim debiet den uitgever kan schadeloos stellen voor zijne nette uitvoering. 10 September, 1876. K.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1876 | | pagina 511