tegenstand meer verwachtten, verbeeldden zij zich wel, dat de hoofd
stad zich tot het uiterste zou verdedigen.
Den 3en Sept. werd alzoo aan de armee bevel gegeven voort te
rukken. De Maas-armee moest zich gaan opstellen voor het noor
derfront van Parijs en de 3e armee voor het zuiderfront. Gedurende
den marsch moest de linkervleugel der Maas-armee de hand reiken
aan den rechtervleugel der 3e armee, die in last had ontvangen, den
weg in het Marne-dal te volgen.
Ziehier, hoe de poging verhaald wordt, die de Maas-armee deed
om, in het voorbij gaan, de vesting Montmedy in te nemen. Daar
het scheen te blijken uit de tijdingen, die in den morgen van den
4en Sept. in het hoofdkwartier der Maas-armee waren gekomen, dat
de vesting Montmedy slechts verdedigd werd door mobiele gardes
geloofde de opperbevelhebber dezer armee, dat het niet moeilijk zou
zijn zich van die sterkte meester te maken.
Er werd dus last gegeven aan het Pruisische garde-korpsdat zich
onder de muren van die plaats bevond, dienzelfden dag het avontuur
te wagen, zonder echter zijn marsch op Parijs te vertragen, die den
volgenden morgen moest worden voortgezet.
De prins von Hohenlohe, die, in zijne hoedanigheid van majoor-
generaal, met deze expeditie belast was gewordenstelde zich dadelijk
aan het hoofd van een korpssaamgesteld uit de tweede brigade
garde-infanterie, uit het derde regiment garde-ulanenuit de artillerie
der eerste garde-divisieuit de artillerie van het korps en uit de
eerste kompagnie garde-pioniers. Deze troepen stelden zich tegen
middernacht in beweging en kwamen den 5en des morgens om zes
uurte Thonnelle aan. Toen officierenop verkenning uitgezonden
weldra daarna den prins von Hohenlohe waren komen berichten, dat
de vesting op een steile en ongenaakbare rots lag, maar dat men
haar kon aanvallen door zich meester te maken van de bergendie
haar ten zuiden en ten noorden beheerschendeed deze een gedeel te
zijner troepen door het bosch van Geranvaux vooruit rukken, en beval
aan een ander gedeelte de hoogten te bezettendie zich tusschen de
wegen naar Montmedy en naar Presnoy bevinden, terwijl drie esca-
drons ruiterij en een bataljon infanterie de linkerflank bij Grand-
Verneuil en bij Petit-Verneuil zouden dekken.
.De artillerie opende haar vuur om half tien. De vesting beant
woordde slechts dat der bij Thonnelle opgerichte batterijen. Toen
de stad op verscheidene plaatsen in brand stond, deed de prins het
622