628 sluiting van Parijs, als ook van de gevechten, die plaats grepen ten gevolge der uitvoering van deze maatregelen. Deze uitkomst der worstelingen is, dat in den avond van den 19™ Sept. meer dan zes legerkorpsen vlak tegenover de wallen van Parijs stondenen een ijzeren gordel vormden van meer dan tachtig kilometers. Eenige waren zelfs onder het bereik van de kanonnen der forten. Den 10™ Sept. had de heer Jules Eavre,in zijne hoedanigheid van minister van buitenlandsche zakenzich tot den heer Bismarck ge wend om hem een audiëntie te verzoeken tot het regelen der voor- waarden van een eervollen vrede. Duitschland zou zeker niets liever verlangd hebben dan een einde te maken aan een oorlog, waarvan de einduitkomst voor dat rijk geen grooter veroveringen kon ten gevolge hebben dan de tot dus verre behaalde. Maar ongelukkig bestond er toen in Frank rijk geen enkele macht, bevoegd geacht om een vredestraktaat te sluiten. Wel is waar was, na de gevangenschap van Napoleon, de republikeinsche partij er in geslaagd zich meester te maken van het roer van den Staat, maar kon niet weldra een nieuwe omwenteling te niet doen, wat een omwenteling had tot stand gebracht? Men kon de republikeinen niet beschouwen als de wettelijke vertegenwoor digers van Frankrijk. Het waren deze bedenkingen, die den heer Bismarck bewogen afwijzend te antwoorden op het verzoek van den heer Jules Favre. Toen dezelfde wensch was uitgedrukt geworden door den Secretaris der Engelsche legatie te Parijs, meeude Graaf Bismarck te moeten verklaren, dat hij bereid was met het Fransche bewind in onderhan deling te treden. Met deze nieuwe gezindheid bekend gemaakt, begaf de heer Favre zich den 18™ Sept., en dat wel zonder zich vooraf met zijn ambtgenooten verstaan te hebben, naar Villeneuve- Saiut-Georges, waar de heer Bismarck zijn moest. Toen hij er hem niet vondbegaf hij zich den volgenden morgen op weg naar Meaux. De kanselier, die intusschen deze stad verlaten had om op weg te gaan naar Ferrières, ontmoette den Franschen minister te Montry, en had een eerste onderhoud met hem in het kasteel Haute-Maison, niet ver van dit dorp gelegen. De onderhandelingen werden des avonds daar voortgezet en den volgenden dag te Ferrières. Toen de heer Favre verklaard had, dat Frankrijk bereid zou zijn de grootst mooglijke offers te brengen in geld, maar dat het nooit als grondslag van een verdrag den afstand van eenig gedeelte van O

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1876 | | pagina 607