145
bende sterkte te Singkeleen einde gemaakt aan eenen reeds te lang
gevoerden en afmattenden tocht, en het doel bereikt, dat het Gou
vernement zich omtrent de grensbepaling van ons gebied ter Su
matra's Westkust had voorgesteld.
Na verschillende politieke aangelegenhedenzoowel van Singkel
als van het aangrenzende Troemon geregeld en op een goeden voet
gebracht te hebben, keerde de Kolonel-Gouverneur, met achterlating
van eene voldoende militaire bezetting onder den majoor Schlosser
den 26en Juni naar Padang terug.
Het duurde echter niet lang, of er werden uit Singkel aller
lei tijdingen ontvangen, volgens welke eenige Atjehsche hoofden en
voorname personendie zich vroeger door de vlucht uit de voeten
gemaakt hadden het plan zouden gevormd hebben onze bezetting-
te Singkel te overvallenten einde zich van die plaats weder mees
ter te makenen er reeds maatregelen genomen werden om aan
dat plan een begin van uitvoering te geven.
Tegelijkertijd kwamen er ook onrustbarende berichten binnen om
trent de houding, welke de bevolking van Toeka had aangenomen,
en den onwil, welke door eenige omliggende kampongs aan den dag
gelegd werd tot het maken en onderhouden van den reeds vroeger
bepaalden grooten weg van Loemoet naar Pitjirkolling.
Met het oog op de geringe sterkte der troepeD, welke destijds ver
beneden de organisatie was, en op de zoo droevige omstandigheid,
dat onze troepen in de Noordelijk afdeeling belangrijke verliezen ge
leden hadden door de toen heerschende cholera, besloot de kolonel
Michiels, zich onmiddellijk in persoon derwaarts te begeven, opdat
hij, wanneer het blijken mocht dat de verschillende tijdingen wer
kelijk overeenkomstig de waarheid waren, met weinig macht nog in
staat zou wezen^om het pas smeulende vuur met geringe moeite te
blusschen.
Na eene kompagnie van het le bataillon uit de XIII kotta's te
hebben doen opkomen, en daarbij gevoegd te hebben een 50-tal
manschappen van het garnizoen te Padang, vertrok de Kolonel met
deze macht den 19en December 1840 van daar, en kwam hij den 2cn Ja
nuari 1841 te Tapanolie aan, na eerst nog te Ajer Bangies den Re
sident, tevens hoofdgecommitteerde voor de Battalanden, te hebben af
gehaald.
Dc berichten, welke te Tapanolie binnenkwamen omtrent den
7
