161
(Deu 8<™met het aanbreken van den dag, bevond zich de voor
hoede in de voorstad van Batavia
Dien morgen zond de opperbevelhebber zijne adjudanten, om de
stad op te eischen. Zij keerden terug met den eerstau magistraat,
die door de burgers was afgezonden om de bescherming der Britten
af te smeekeu. Toen de stad zich vervolgeus op genade had over
gegeven werd uit het geschut der oorlogschepen een koninklijk sa
luut gedaan en in den avoud van dien dag trok kolonel Gillespie
met het grootste gedeelte der voorhoede (omstreeks 1000 man) de
stad binnen en nam er plechtig bezit van.
Den 9ei1 voegde 'de schout-bij-nacht Stopford zich inet zijn vlag-
geschip Scipion bij de expeditie en aanvaardde hij het bevel over de
vloot.
De nachtvolgende op de bezetting van Bataviaging niet
voorbij zonder dat de generaal Jaussens, die stelling genomen had
te Weltevreden, slechts 3 mijlen (f) van daar, eeue poging deed
om de oorlogskans te doen keerenmaar de aanval werd afgeslagen.
Den 9™ kwamen de Eugelsche voorposten tot Rijswijk. Den 10en, des
morgens, trok het leger tegen den vijand op, waarbij het tot een
gevecht kwam tusschen de voorhoede onder kolonel Gillespie, en
eene Erausche voorgeschoven divisie onder generaal Jnmel, dat
met de nederlaag der laatste eindigde en de Britten in het bezit
stelde van Weltevreden en het arsenaal aldaarbevattende 300
vuurmonden. Plet verlies der Engelschen bij dit gevecht bedroeg
17 dooden en 75 gekwetsten.
Generaal Janssens trok nu terug op Meester-Corneliswelke stel
ling door Thorn beschreven wordt als een geretrancheerd kamp, ver
dedigd door twee rivieren en eenige redouten en batterijen. Deze
ste sloepenzonder bruggedek. Eerst omstreeks den 10cu was de brug voor
artillerie geschikt en ging op dien dag het overige gedeelte van liet leger over
de Antjol.
Dit bijgevoegd uit S. W.
(f) Eugelsche landmijlen van 1609 meter.
De Eranschen hadden eene stelling genomen ter hoogte van de kampongs
Kwitan en Balie, de rechtervleugel aan de slokkan. Het terrein tusschen den
linkervleugel en de rivier was onbezet; de Engelschen maakten daarvan ge
bruik bij hunne omtrekking. De Engelschen telden ongeveer 1000 Europeanen
en 450 Inlanders. (Een en ander volgens S. W.).
Generaal Jumel was kommandant van liet koloniale leger.