181 leger raken en dus aanspraak op onze dubbele belangstelling kunnen maken, en overigens bespreekt het veelal militair-wetenschappelijke vraagstukken, die evenzeer waarde hebben voor den Indischen als voor den Nederlandscben krijgsman. Als voorbeeld van de wijze, waarop die vraagstukken ter sprake worden gebracht, wenschen wij hier een gedeelte te doen volgen van eene //populaire beschouwing over artilleriezaken", die in de nom- mers van Augustus en September 1876 voorkomt, doch sedert, tot ons leedwezen, niet meer is vervolgd geworden. Dit onderwerp is ook in Indië van gewicht; dikwijls kan men klach ten vernemen van artillerie-officieren over het ondoelmatig gebruik van hun wapen te velde, ten gevolge van de meermalen onvoldoende be kendheid daarmede bij de officieren van andere wapens. Maar voor al is het van gewichtomdat de burgerij in Indië over 't algemeen een weinig helder inzicht in militaire zaken heeft; omdat onder haar, en zelfs onder hooggeplaatste regeeringspersonenmeermalen al zeer vreemde begrippen heerschen omtrent al hetgeen voor een leger 1100- dig is, en niet het minst omtrent al wat op de artillerie betrekkin^ heeft. Het is daarom, dat wij de verspreiding van Pro Patriaook onder de burgerij in Indië, willen trachten te bevorderen. De algemeene belangen des lands zouden door de kennisneming van dat blad slechts kunnen winnen; de verrichtingen van het leger, ook buiten het oor logsveld, zouden meer worden gewaardeerd, indien de belangstelling der niet-militairen in die verrichtingen kon worden opgewekt. De PrÜs 7, per jaar, franco in Indië) zal althans geen bezwaar zijn om lro Patria voortaan te vinden op de leestafels der sociëteiten en kantines, en in handen van hen, die eenigszins met kennis van za ken willen zijn toegerust bij het bespreken van militaire vraagstukken. Drukken wij daarbij de hoop uit, dat Pro Patria zich niet teveel op het gebied der politiek zal bewegenmaar vooral zal trachten dienst baar te blijven aan de verspreiding van populaire militaire wetenschap. Wij laten thans het woord aan den schrijver. Wanneer een burgerdie niet met militaire zaken bekend isde artillerie ziet vuren, en aanvankelijk met verbazing opmerkt, met hoeveel juistheid zij hare projectielen op aanzienlijke afstandenon geveer op dezelfde plaats weet te brengen en daarbij waarneemt hoe weinig moeite de kanonnier behoeft te nemen om die uitkomst

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 184