184 dat, naar het schijnt. Wij zeggen: naar het schijnt, wantin de werkelijkheid is het niet zoo eenvoudig, in de werkelijkheid is het zéér moeielijk te vinden hoe groot het maximum gewicht is, dat men aan een projectiel kan gevenhoeveel snelheid men hoogstens er aan kan mede- deelenin één woord, te bepalen welk gewicht het voordeeligst en welke snelheid het gunstigst is om het beoogde doel te bereiken. Wij zullen trachten dit duidelijk te maken. Wanneer men een kanon van zeker kaliber heeft door kaliber verstaat men de middellijn van de inwendige ruimte, de ziel genaamd, van den vuurmond, die het projectiel doorloopt dan kan men hei projectieldat uit dien vuurmond kan geschoten wordenwanneer het massief is en uit eene zekere stof is vervaardigdmaar op ééne wijze zwaarder maken en wel door het te verlengen, langer te maken. Holle projectielen kan men verzwaren door de uitholling kleiner te maken of aan te vullen, doch hierover later. Dat verlengen brengt echter weder eigenaardige bezwaren mede, diezoo ze niet overwonnen werdenoorzaak zouden zijn dat het middel erger was dan de kwaal. Boven is reeds gezegddat de luchttegenstand grooter wordt als de lucht tegen eene grootere oppervlakte van het projectiel dien tegen stand uitoefent. Zoo de lange projectielen dus met hunne lange zijde aan de werking van dien luchttegenstand bloot stonden, dan zou spoedig het verkregen voordeel te niet gaan, ja in een nadeel ver- keeren. Het is dus noodig, die projectielen te noodzaken, slechts hunne kleinste oppervlakte aan dien tegenstand aan te bieden en dus in de richting van hunne lengte met de punt vooruit zich te bewegen. Om dit te verkrijgen, om hunne neiging over den kopte slaan zooals men dat noemt te overwinnen, heeft men hun eene draaiende beweging om hunne lengteas medegedeeld. Die draaiende beweging is oorzaak, dat het projectiel niet over den kop slaat, maar met zijn punt vooruit de lucht doorklieft; zij moet sneller zijn naarmate het projectiel langer is. Is die draaiende beweging rotatie genaamd niet snel genoeg, of, wat op het zelfde neerkomt, het projectiel voor die snelheid te lang, dan zal j het weder aan zijne neiging, boven genoemd, kunnen toegeven en I zich, zoo niet bij het verlaten van den vuurmond, dan toch spoedig daarna, zeer onregelmatig bewegen. De rotatie wordt aan het projectiel medegedeeld door het te noodzaken, bij het doorloopen van de ziel eene schroeflijn, de schroefvormige trekken, te volgen. Hoe steiler men die trekken neemt, des te sneller zal het projectiel, bij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 187