J 93
grootst mogelijke snelheid bezit en dus met de grootst mogelijke
snelheid den vuurmond verlaat. Daar men echter in eenen zekeren
vuurmond maar eene bepaalde lading als maximum kau gebruiken,
wil men geen gevaar loopen den vuurmond te vernielen, en die
lading minder snelheid aan het projectiel zal mededeelen, naarmate
dit zwaarder is, zoo raag de granaat-kartets, om een voldoende aan
vankelijke snelheid te verkrijgen, een zeker gewicht niet te boven
gaan. Het aantal kogeltjes, of liever hun gezamenlijk gewicht, mag
dus mede eene zekere grens niet overschrijden. Heeft men dus een
maal bepaald hoe zwaar het projectiel raag wegen en hoe zwaar ieder
kogeltje moet zijn, dan weet men ook, hoeveel kogeltjes men moet
nemen. Deed men echter die kogeltjes alléén in de daarvoor be
stemde ruimte, dan zou die ruimte niet gevuld zijn, wat ten gevolge
zou hebben, dat de kogeltjes, bij het afgaan van het schot met zoo
veel kracht tegen den bodera van het projectiel werden geworpen
om de bekende reden dat dit barstte of zij zelf zéér sterk mis
vormd werden. Om dit te voorkomen vult men de verdere ruimte
o. a. aan met houten kogels, die de ruimte vullen zonder het ge
wicht aanmerkelijk te vermeerderen.
Wij hebben gezien, dat het projectiel op een bepaald punt in de
lucht moet springen. De ontsteking der springlading geschiedt we
der door middel van eene buis, en wel door detijdbuis. De inrich
ting dier buis, waarvan weder tal van, in constructie zeer uiteenloo-
peude, exemplaren bestaan, komt in het algemeen hierop neder. Men
vervaardigt van fijn geslagen buskruit eene sas buizensas die
zeer regelmatig wegbrandt, zoodat, indien men bijv. deze sas in eenen
hollen cilinder perst, daarvan de lengte van 4 cM. tweemaal zoolang
brandt als eene lengte van 2 cM. Weet men dus hoeveel tijd het
projectiel noodig heeft om van den vuurmond tot het punt, waar
het moet springen, zich voort te bewegen en weet men hoe lang de
saskolom is, die in dien tijd verbrandt, dan kan men zorgen, dat de
saskolom juist verbrand is als het projectiel in het springpunt komt
en door bijv. de onderste laag der sas in verbinding te brengen
met de springlading dat de springlading van het projectiel ddar
wordt ontstoken. Aangezien nu het springpunt natuurlijk dichter bij
den vuurmond ligt, naarmate het doel zich op kleiner afstand bevindt,
moet men den brandtijd van de buis, de tijd waarin de sas verbran
den moet, kunnen regelen. Dit regelen noemt men tempeeren en
bestaat daarin, dat men de buis, voor dat het projectiel in den
9