19 en maleier getroffen, zoowel door kogels als door steeuen, welke nu op ouze steeds naderende troepen met veel juistheid geworpen werden. Den 30eu Juli werd zelfs de 6-ponder in onze redoute door het vijandelijk geschut uit de sterkte c gedemonteerd, doch ook spoedig hersteld; het vuur aan weerszijden werd steeds levendigeren om het geschut met eeuige rust en zekerheid te kunnen laden en richten, was het noodig, dat dit steeds plaats vond onder bescherming van het infanterievuur. Alleen tot dit doel werden dagelijks circa 4000 patronen verschoten, Het werd echter eiken dag duidelijker, dat Bondjol's val niet lang meer uitblijven kon; zooals wij reeds zeiden, hadden de belegerden een gevoeligeu slag gekregen door de onderwerping der kampongs Kotta ketjil, Alahan mati en Simpang, de aangevangen onderhande lingen met Djamba en Kotta beloofden spoedig met een gewenschten uitslag bekroond te wordenwaardoor Bondjol beroofd zou geraken van de bronnen welke de meeste verdedigers leverdenen toen den 2en Augustus de generaal Cochius zich naar onze positie in a begaf, om zich persoonlijk te overtuigen van den staat waarin de majoor De Salis den vorigen dag door gelijke waarneming Bondjol gevonden had, stond hij verbaasd over de verwoestingen, welke door ons geschut biu- nen de versterking waren veroorzaakt, en niet minder verwonderd over den moed waarmede de verdediging zoo halstarrig werd volgehouden. Na eenige wijzigingen in de plaatsingen van ons geschut werd het vuren met kracht voortgezetdoch ook, hoewel niet menigvuldigmaar met juiste schoten, door den vijand beantwoord. Den 10oa Augustus kwam het hoofd van Djamba, de penghoeloe Datoe besar, bij den Generaal in onderwerping, vergezeld van den met het civiel gezag belasten lea luitenant Pilat en van eenige hoofden der nabij gelegene kampongs. Hij verklaarde den generaaldat Toe- wankoe Iman hem had opgedragen te onderzoeken of, ook deze in onderwerping zou worden aangenomen wanneer hij als voorwaarde stelde de toestemming, om als vrije burger binnen Bondjol te blijven wonen; en daar de Generaal vermeende, dat hij in het belang der zaak hiervan misschien partij trekken kon, gaf hem dit aanleiding om langs denzelfden weg aan Bondjols hoofd te doen wetendat aan zijne voor waarde gevolg zou worden gegeven, mits ook de vorige regeerings- vorm (een vierhoofdig bestuur) hersteld en ten bewijze van ouder-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 22