244 maatregel, want reeds daags na den slag van Ghazi Oedin Naggar hadden de Sepoys niets onbeproefd gelaten om door hevig ge schutvuur, door herhaalde uitvallen, op het heetst van den dag on dernomen, de belegeraars af te matten en te verzwakken; zij hadden zich zoodanig versterkt dat, aangenomen dat de troepen de stad wa ren binnengedrongen, zij toch niet talrijk genoeg zouden geweest zijn om in de straten het gevecht voort te zetten en tevens het kamp te bewaren. In den nacht van den 19en Juni kreeg de dienst der verkenningen bericht, dat door de te Nussierabad in opstand gekomen brigade een ernstige aanval zou ondernomen worden. Deze brigade, bestaande uit de 15e en 30e Inlandsche infanterie-regimenten en twee batterijen, was den vorigen avond te Delhi aangekomen en zou thans hare vuurproef afleggen, aangezien in Delhi geen soldij aan de nieuw aangekomen troepen werd uitbetaald voor dat zij met de Engelschen waren slaags geweest. Met het aanbreken van den dag zag men eene ontzaggelijke massa troepen de stad uittrekken en in de voor steden verdwijnen. Tegen den middag bemerkte men eerst den ge- heejen omvang van het stoute plan der Sepoys. De achterzijde van het kampwaar de bediendenolifantenveestapelenz. gele gerd warenwerd plotseling door hen aangevallenwaardoor allen in allerijl bescherming in het kamp kwamen zoeken. De rijdende artillerie onder majoor Tombs komt het eerste op het bedreigde punt en wordt zoodanig bestookt, dat de kanonnen slechts door eene wel uitgevoerde charge van de Punjaubsche guides onder kapitein Daly werden gered. De lansiers van Hope Grant, mede ter hulp van de artillerie toesnellende, leden eveneens aanmerkelijke verliezen. Eerst op het laatste oogenblik van den aanval verwittigd, zond Sir Barnard de noodige infanterie naar het tooneel van den strijd om het evenwicht te herstellendoch deze kwam slechts langzaam opdagen en was bovendien te zwak om alle aangevallen punten te verdedigen. Het gevecht hield tot den nacht aanen voor de eerste maal behielden de Sepoys het veld tegenover de Engelsche bajonetten. Den volgenden morgen, toen de Engelsche infanterie op nieuw wilde aanvallen, waren de Sepoys reeds binnen de muren van Dehli teruggetrokken. Hun verlies werd op 300 a 400, dat der Engel schen op ongeveer 100 dooden en gekwetsten geschat. Den 23en Juni, den dag waarop de Engelsche heerschappij in In-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 247