21 vrees voor mislukking tot nog toe alle uitvoering doen achterwege blijven. Dientengevolge had die linie gaandeweg den naam gekre gen van onneembaar, en was zij als het ware een schrikbeeld geworden voor velen. Ook de generaal Cochius had spoedig ingeziendat het bezit dier stellingen ons tot groot voordeel strekken zouen nadat hij dan ook de zoo even gemelde verkenning had laten doen en het hem gebleken was, dat met hoop op succes eene overrompeling der sterkten cl cl kon ondernomen worden, werd hiertoe besloten en de last uitgevaar digd, dat de aanval den 13en 's morgens geschieden zou. Hiertoe werd eene kolonne samengesteld van drie kompagniëu van het 6e bataillon (waarvan eene Europeesche)te zamen 170 man sterk, onder de orders van den majoor De Sturler, die reeds meerma len de vijandelijke linie in persoon verkend had, en ter wiens dispo sitie tevens gesteld werd de kompagnie van den kapitein A. Van der Hart met de hulptroepen van Batipo. Deze troepen zouden zich te Padang Boeboe verzamelenen vroeg tijdig genoeg oprukken om bij het aanbreken van den dag te kun nen aanvallente gelijker tijd dat aan de andere zijde door een ge deelte van het le bataillon een schijnaanval zou worden gemaakt op den noordwestelijken hoek van Bondjol. De leiding der operatie werd opgedragen aan den luitenant-kolo nel A. V. Michiels, die bij Gouvernementsbesluit van den 31en Mei 1837 No. 1 benoemd was tot Militaire Kommandant ter Westkust van Sumatra, en intusschen in die betrekking voor Bondjol was aan gekomen. Ofschoon de dag reeds was aangebroken toen de troepen onder den majoor De Sturler van Padang Boeboe afmarcheerdenen zij dus wel dra door den vijand ontdekt en beschoten werden, had de schijnaan val op Bondjol reeds een begin genomen. Deze onverwachte bewe gingen en het moedig voortrukken en beklimmen der onzen van den bergwaarop zijne stellingen gelegen warendeden den vijand plotse ling allen moed verliezenen haast zonder tegenstand waren wij spoe dig meester van de beide positiënwelke op de hoogste punten des bergs gelegen waren en in zekeren zin voor ons konden beschouwd worden als de sleutels der verder in de linie liggende sterkten. Het bezit dezer punten was dus van veel waardedaarom oordeelde de overste Michiels het dan ook noodig, zich hier eerst goed te verzekeren alvorens tot een verder oprukken over te gaanen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 24