zieken en gekwetsten bedroeg, nog niets van belang uitgericht wor den. De toestand was hachelijkmen had toch de tijdingen ontvangen van den moord van Cawnporeden opstand van het koninkrijk Oude en den dood van Sir Henry Lawrence, ouderen broeder van den Gouverneur van den Punjaub, terwijl ieder oogenblik de Sepoys weder versterkt konden worden door de in opstand gekomen regi menten van Mhow, Indore en Gwalior. De tijding der eerste over winningen van Havelock had de hoop doen ontstaan dat deze krijgs man zijne troepen tot het beleg van Dehli zou kunnen aanwenden doch de kleine macht, waarover deze generaal te beschikken had, en het ongunstige jaargetijde hadden het hem niet eens mogelijk ge maakt, Lucknow te ontzetten. Al deze omstandigheden maakten het dringend noodzakelijk, het beleg van Dehli zoo spoedig mogelijk tot een goed einde te bren gen. De Gouverneur van den Punjaub, Sir John Lawrence, had dit gelukkigerwijze goed ingezien en niet geaarzeld, steeds ver sterking te zenden en de strijdkrachten van zijn eigen gewest tot een minimum te bepalen. Doch ook hieraan kwam een einde en den 6en September bereikten de laatste troependie Sir John Lawrence kon afzenden, het kamp. Deze laatste hulp evenwel bracht het sterkte- cijfer der troepen tot op 11000 man, waarvan 3307 Europeanen, waardoor men in staat wasden lang gewenschten grooteu en zoo men hoopte, besiissenden aanval te doen. Keeds sedert de maand Augustus was alles in de weer geweest met de voorbereidende maatregelen tot den lang gewenschten storm- aauval. Kolonel Baird Smith, chef der genie en leider der operatiën, had voor aanvalspunt gekozen het uiterste gedeelte der stad, begre pen tusschen het bastion Moeri en het waterbastiondaar de wal welke deze bastions vereenigde, door een onbegrijpelijk verzuim der Sepoys, dat zij later te vergeefs trachten te herstellen, niet van geschut voorzien was. Yan den 7en tot den 12en September was men bezig met de bres- batterijen op te stellen, waarbij de inlandsche werklieden, voor het grootste gedeelte Masbi Sikhsuitstekende diensten bewezen. Den 12en September begon het bombardement uit vijftig vuurmon den op de veroordeelde stadwaarvan de verdediging door de Sepoys met standvastigheid werd volgehouden. Daar zij hunne batterijen niet meer konden gebruikenbrachten zij des nachts veldgeschut op 248

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 251