253 gen van een paar caissons werden twee stukken onbruikbaarvan welk ongeval de Sepoys gebruik maakten om een bajonet-aanval te onder nemen, die evenwel met verlies werd afgeslagen. Polwelhe kon bet evenwel niet tegen de overmacht volhouden, zijne soldaten hadden hunne patronen verschoten en hij gaf dus order om op Agra terug te trekken. Het garnizoen en de Europeesche bevolking trokken zich in het fort terug, dat door de opstandelingen met rust werd gelaten, doch de kanton- nementen en de fraaie gebouwen der burgerlijke ambtenaren werden aan de vlammen prijs gegeven, terwijl door het openen der gevangenis vier duizend boeven van de gevaarlijkste soort zich bij den opstand aansloten. Twee maanden lang had men daar zonder stoornis doorgebracht, toen de uit Delhi ontsnapte benden zich rondom de plaats legerden. De spoedige aankomst van Greathead verbande evenwel alle vrees. Doch men verloor de voorzichtigheid uit het oogdoor het bren gen van bezoeken uit het kamp in het fort en omgekeerd hadden de officieren de noodige waakzaamheid niet in acht genomen. Plotse ling wordt de stelling der Engelschen door een hevig artillerievuur geteisterd en het kamp door de vijandelijke kavallerie overstelpt. Dii was echter slechts van korten duur; de orde was spoedig in de En- gelsche gelederen hersteld die het offensief hernamen en de Sepoys, met achterlating van 12 kanonnen en eenige honderden dooden en gekwetsten, op de vlucht joegen. Na deze overwinning begaf Greathead zich met zijne kolonne naar Cawnpore, waar een leger ter bestrijding van den opstand in Oude werd gereed gemaakt. Bij het noemen van deze plaats kunnen wij niet zonder stilzwijgen het bloedige drama voorbijgaan, dat daar in de eerste dagen van den opstand werd afgespeeld. Ofschoon Cawnpore eene groote strategische waarde bezat en er vele militaire inrichtingen gevonden wordenzoo was in het begin van 1857 de Europeesche bezetting slechts 205 infanteristen en 59 artilleristen sterk, terwijl het Bengaalsche leger er door de le, 53 en 56e regimenten infanterie, twee regimenten geregelde kavallerie en een inlandsche batterij werd vertegenwoordigd. Behalve deze krijgsmacht bevond zich te Cawnpore een groot aantal civiele amb tenaren, ingenieurs der spoorwegen en kanaalwerkeu, kooplieden enz., terwijl ook de vrouwen en kinderen van het te Lucknow gestatio neerde 32e koninklijke regiment er huisvesting vonden. Het aan tal dezer burgerlijke personen bedroeg ongeveer 850 zielen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 256