277
Baron Bentinck281 last en 115 paardenkracht.
Baron Sloet van de Beele306 140
Cores de Vries,174 n 90
In het //Koloniaal Verslag" van 1873 (zie bladz. 108, ad VII)
worden bovenstaande cijfers niet opgegeven. In het verslag over
1874 (zie bladz. 101) wordt daarentegen van de zes genoemde sche
pen de ondervolgende opgave gegeven
Tonnenmaat.
Nominale
NAMEN DER SCHEPEN.
waarvoor
volgens
paarden
zij te boek
hetgeen
kracht.
staan.
zij innemen.
William Mackinnon
1500.
110.
Gouverneur-Generaal Mij er
1100.
135.
Koning Willem III
1055.
1000.
200.
Baron Bentinck
808.
800.
125.
Baron Sloet van de Beele.
1055.
1000.
150.
Cores de Vries
505.
400.
80.
NB. 1 last s 2 ton.
De transportvloot zou van Batavia het vereenigiugspunt der
van Java vertrekkende expeditionaire macht zooals men dat noemt
in linie opstoomen, met het .vlaggeschip aan het hoofd. De sche
pen, die een onderlingen afstand moesten onderhouden van eene ka
bellengte over dag en eene halve kabellengte 's nachtsbleven even
wel slecht bij elkander en alles scheen gedaan te zijn om de reis
naar Atjeh in het belang van de Ned. Indische Stoomvaart-
Maatschappij zoolang mogelijk te maken. Aan boord van de
William Mackinnon, den meest tragen stoomer der transportvloot,
had men den opperbevelhebber met den staf der expeditie ingescheept
en alle andere stoomschependie elk een zeilschip sleeptenmoesten
op het zoogenaamde vlaggeschip wachten en daarnaar hunne snelheid
regelen. Toen eenmaal bepaald was, dat Poeloe Pinang de rendez-vous
plaats der transportvloot moest zijn, was het gelijk opstoomen van Bata
via en het bij elkander blijven der transportschepen tamelijk overbodig
envooral met het oog op de keuze van de William Mackinnon
als vlaggeschip, zeer onvoordeelig voor de beurs van het gouverne-