308 het eenvoudiger, goedkooper en meer praktisch, bij ieder veld-batail- lon eene depót-kompagnie te voegen en deze dan in de hooge stre ken te legeren. Dan verkreeg men met minder kostenin plaats van lo, 18 koinpagniën. Ook met het oog op de aanwerving van rekruten kwam dit laatste aanbevelenswaardig voor." De Minister stelde dienaangaande in zijne //Memorie van beant woording" het navolgende neder //Ter aanvulling van hetgeen 'in de Memorie van Toelichting en vooral in het Koloniaal Verslag werd vermeld omtrent de reorgani satie van den generalen staf, heeft de minister de eer te wijzen op art. 7 van het koninklijk besluit, waarbij die regeling werd getrof fen (Indisch Staatsblad 1876 No. 158), welk artikel de bepaling in houdt, dat de officieren van den generalen staf, bij bevordering, te- rugkeeren bij hun wapeuterwijl de hoofd-officieren van dien staf, onder 's Konings nadere goedkeuring, tijdelijk bij een der vier hoofd wapens gedetacheerd kunnen worden. Beide bepalingen beoogen het onderhouden van praktischen zin en ervaring in het eigenlijk kom- mando van troepen-afdeelingen bij de officieren van dien staf, aan welke men zoo weinig een bureaukratisch karakter toekent, dat de Minister van Koloniën, naar aanleiding van dat besluit, de Indische Regeering er op wees, dat de generale staf niet behoort te zijn //een deel van de regelende bureaudienst, zooals plaats vond tijdens het gelukkig verlaten systeem, vóór 1870 in zwang," maar een tamelijk op zich zelf staand element des legers, dat door vertakking over de verschillende hoofdkommando's der armee het logisch verband tusschen hare onderdeelen moet onderhouden. De minister vertrouwt hierdoor te hebben aangetoond, dat de nieuwe regeling geheel overeenkomt met het denkbeeld, dat de Ka mer zich, zijns inziens, zoo terecht van een deugdelijken generalen staf vormt. Ten overvloede zij er de aandacht nog op gevestigd, dat alleen het hoofdbureau van den staf deel uitmaakt van het Departement van Oorlog en art. 4 vau het besluit den chef onder meer belast met de verzameling van gegevens op het gebied van //geographiestatistiek en land- en volkenkunde van den Indischen Archipel, voor militaire doeleinden van gewicht." Hiertoe staat het hoofdbureau hem ter zijde. Bij de beoordeeling van het nut der op te richten depót-bataillons mag niet uit het oog verloren wordendat zij allereerst bevorderlijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 315