165 middel va» de» weg van Loudianali. Sir Joh» La\vre»ee ondersteunde die macht zooveel mogelijk, door al zijne Euro- peesche regimenten er heen te zenden, doch het was te betwijfelen of de belegeraars zich tot de aankomst van die hulp zouden kunnen staande houden. De laatste tijdingen, uit de noordwestelijke provinciën via Bombay aangekomen en reeds eene maand oud, hadden het treurige feit ver meld, dat het garnizoen van Agra na een ongelukkig treffen genoodzaakt was geweest, zich in het fort terug te trekken. Men wist ook, dat de bezetting van Lucknow in eene zwakke stelling zonder kasematten en slechts door eenige veldwerken verdedigd, geheel en al ingesloten was. Kou men met eeuigen grond de hoop koesteren dat een handvol Europeanen, belemmerd door vrouwen en kinde ren, gedurende geruimen tijd aan duizende vijanden het hoofd zou kunnen bieden? De generaal Havelock had, wel is waar, Cawnpore hernomen en gepoogd Lucknow te ontzetten; doch zijne kleine macht was door den over machtige» vijand genoodzaakt geworden op Cawnpore terug te trekken. Het eerste werk van den nieuwen bevelhebber was, de gemeenschap tusschen Calcutta en Cawnpore, waai de voorhoede stond, te verzekeren. Allahabad, Ghazipore, Benares en Dinapore waren tot dusverre in de macht van de Engelschen gebleven, zoodat de zwakke verster kingen, die men naar Havelock afzond, zonder veel moeite, vooral door middel van stoombooten, hare bestemming kon den bereiken. Ongelukkigerwijze begon men kort voor de aankomst van Sir Colin Campbell in JSTeder-Bengalen de terug werking te gevoelen van de gebeurtenissen te Meerut cn Dehli, en gaf de bevolking ook daar teekenen van onrust. Omstreeks de helft der maand Juli had de bri gade van Dinapore, bestaande uit twee regimenten inland-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 171