195 den, gelijk de Turken de hunne opleggen aan chris tenen. 1 usschen de keten van den Kaukasuswelks hoogste toppenmet eeuwige sneeuw bedekt, tot veertien duizend voeteii bo\en de vlakte uitsteken, en de dwarsribben der Armenische bergen, strekt zich van oost tot west een breede inzinking van den bodem uitdie als het ware een kop- pelteeken tusschen de Kaspische en de Zwarte zee vormt. Zij woidt besproeid door een vrij belangrijke rivier, de Koer (vroeger de Cyrus), waarvan de bron in Armenië ligt en de mond aan de Kaspische zee. Een dwarsketen, hoog 7- tot 8000 voeten, scheidt Georgië van Mingrelië en het bekken der Koer van dat der Kioni, een rivier, die slechts eenige kilometers lang is en zich bij Poti in de Zwarte zee werpt. De hoofdstad van Mingrelië is Koetaïs, een plaats van weinig gewicht; die van Georgië heet Tiflis, een groote stad van zeventig duizend inwoners, gelegen op den rech teroever der Koer, bij het punt, waar de straatweg van Wladikawkas uitloopt, de eenige militaire baan, tot he den in Kaukasië aangelegd. Vrij goede wegen geleiden oostwaarts langs Elizabethopol naar Bakoem, een haven aan de Kaspische zeewestwaarts naar Koetaïs en Agalt- zichi, in Mingrelië; zuidwestwaarts en zuidwaarts naar Alexandropol en Eriwanaan de Armenische grens. Bovendien stelt een onlangs geopende spoorweg Tiflis in gemeenschap met Poti en de Zwarte zee. Uit Poti volgt een militaire weg de kust tot de zee van Azof. Deze wegdie van Wladikawkas en de Kas pische zee zijn de eenige slagaderen, die de Transkau- kasische kolonie verbinden met Europeesch Rusland. Het leger van meer dan honderd duizend man, dat in deze streek gekautonneerd is en de lijn Koetaïs-Tiflis- Elizabethopol-Bakoem tot operatie-basis neemtmoet dus,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 201