229 Mariniers. 1 kapitein 2 luitenants 8 onderofficieren, 21 korporaals, 12 tamboersen 300 mariniers. Artillerie. 144 artilleristen. Ambulance. 5 officieren van gezondheid, 1 officierj 1 adelborst j toegevoegd, 5 ziekenoppassers. Deze landingsdivisie is betrekkelijk weinig gebruikt geworden. A adat de expeditionaire troepenmacht den 9en December 1873 op de kust van Atjeh geland was, werd de monding der Atjeh-rivier op den 18en December dooi de mariniers der landingsdivisie en de gewapende sloepen der marine, in verbinding met een gedeelte der landmacht, die aan haren westelijken oever opereerdegeforceerd. Twee kompagniën mariniers van die divisie bezetten daarop de aan den westelijken oever der Atjeh-rivier gelegen en op den vijand veroverde sterktewelke later onder den naam van »Marinebenting" algemeen bekend is geworden. Het bevel over de gecombineerde marinetroepen was op gedragen aan den kapitein-luitenant ter zee Bunnik. De twee kompagniën mariniers der divisie werden gekom-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 235