260
zijn schikkingen en nam zijn voorzorgen, gelijk het ver
slag aantoont, alsof hij op een levendigen tegenstand voor
bereid was. Hij ging stipt te werk volgens de methode,
die eischte: le. een krachtige afleiding; dit is het bin
nendringen van de Dobroetsja door Zimmermann's korps,
gelijk wij weten, eenigszins voorbarig, de gebeurtenis
sen vooruitloopende; 2e. een schijuaanvaldit is het
bombardement van Roestsjoek en Hikopolimet name
te Roestsjoek gingen de zaken wat ver; het verslag weet
niet juist hoe groot de uitwerking van het bombarde
ment is geweest, maar uit te veel omwraakbare getui
genissen blijktdat vooral de stadvoor een groot deel
bewoond door christenenhet gelag van dezen schijnaan-
val vreeselijk betaald heeft.
Yan den 20en tot den 24en Juni werden tien stoom-
sloepen gebezigd, om torpedo's in den Dotiau te leggen
tusschen Hikopoli en Roestsjoek. Een eerste stuw werd op
geworpen benedenstrooms te Parapanoeeen tweede, bo
venwaarts, te Elamoenda. De Turksche monitors tracht
ten dit tegen te gaanmaar de sloepen maakten leven
dig jacht op hen. Het verslag haalt met welgevallen
heldenfeiten aan: zoo richt een kapitein zijn sloep tot
op drie meters van een monitor; bij een dergeljjk treffen
werd, aan boord der Sjoetka, de schilder Yerestsjaghien
gekwetst. De Turksche monitors trokken terug op Roest
sjoek, behalve twee, die de rivier opstoomden tot Niko-
poli, waar zjj pas genomen zijn geworden.
Ha deze veelbeteekenende schermutselingen valt het
ons moeilijk te begrijpendat de Turken de bedoelingen
van den aanrander niet hebben doorgrond. Den 24en Juni
had Abdoel-Kherim al den tijd om troepen in de be
dreigde richting te vereenigen. Tenzij men een tot het
uiterste gedreven zorgeloosheid aanneme, moet men ge-
looven aan een taktiek de parti pris.
