278 den middelmatige soldaten kunnen zijn; de plaats' zal het ten minste twee maanden kunnen uithouden. En zoolang Sjoemla tegenstand zal bieden, zal de vijand iri zijn marsch worden opgehouden, tenzij hij over buitengewone strijd krachten beschikke. Zoo Sjoemla zicli goed houdt, loopt Konstantinopel geen enkel gevaar, al bereikte de vijand ook Andrinopel. Hoe meer hij deze vesting nadert, des te meer moet men er zich een wet van maken, te Sjoemla te blijven. Zoo hij Andrinopel inneemt, is hij verplicht er eene sterke troepenmacht te laten. Zoo Andrinopel weerstand biedt, wordt de stelling van den veroveraar ten zeerste bedreigd door Sjoemla. Intusschen nadert het slechte jaargetijde. Geen grooten veldslag aan te nemen, zooveel mooglijk de vijandelijke strijdkrachten te verdeelen, ze onafgebroken te verontrusten, te trachten ze bij de rivier te houden, in den rug van den vijand de meeste troepen te bewaren dat is de te volgen gedragslijn. De ziekten en vermoeienissen, zoowel als de ontberingen van allerlei aard, zullen de aanrander de helft van zijn leger ontrooven. Hij heeft 100,000 man noodig om Kon stantinopel aan te vallen. Zóó sprak voor een halve eeuw een militaire autoriteit. Sedert zijn vele dingen veranderd. De Russen hebben, gelijk de Turken, in het geheel en voor al de te bereiken doeleinden, slechts 100,000 man om den veldtocht in Bulgarije aan te vangen. Het zal hun ten eenemale ou- moogljjk zijn Roestsjoek, Silistria, Sjoemla en Varna te omsingelen, want de wallen van deze vestingen zijn aanzienlijk uitgelegd geworden. Zij zullen dus niet met een verzekerde achterhoede den Balkan kunnen overtrekken. Roestsjoek zal niet vóór het einde van de maand ingesloten zijn; daarna zal

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 284