292 eeiie volkomen uitrusting en uniform voorzien, bij uit sluiting onder de orders van den prefekt zijn gesteld, en daarenboven, door eene ruime bezoldiging in rijst velden en bet vooruitzigt van ook tot andere diensten, als mindere inlandsche hoofden, in het vervolg te kun nen worden gebruiktten naauwste aan het gouvernement zijn verbonden." De formatie van de korpsen Djqjang-sekar's, zoo als zij door Daendels zijn opgerichtvindt men in de bijlagen van zijn bekend werk: „Staat der Ned. Oost Indische bezittingen." Die korpsen Inlandsche ruiterij bleven se dert, na velerlei veranderingen in de formatie te hebben ondergaan, op Java bestaan en vele goede diensten ver richten. De in December 1830 in de residentie Cheribon uitgebroken onlusten en de ontoereikende sterkte dei- militaire macht aldaar, om bij onverhoopte voorvallen met vrucht te kunnen ageeren en de bevolking aldaar, bij haren onrustigen geest, eenigermate te imposeerenwaren oorzaak, dat ook in in die residentie een korps Djajang- sekar's van 50 mangeheel samengesteld uit Bengaalsche en Amboineesche manschappen, werd opgericht, staande onder de onmiddellijke bevelen van den residentten einde zich daarvan te kunnen bedienen, tot handhaving eener goede policie (zie Van Deventer, II). In zijne nota dd. 8 Maart 1831 aan den Daad van Indië, zegt de kommis- saris-generaal Van den Bosch o. a. „En wat overigens het herstel der djajang-sekar's aangaatwanneer heeft men, sints de laatste 20 jaren, voor de residentie Che ribon geen djajang-sekars noodig geoordeeld? Dat ik tot het afdanken derzelve vroeger ben overgegaan, is het gevolg geweest van eene algemeene mesure, uit aan merking namelijkvan het groot aantal overkompleete Europeesche kavallerie. Daar men echter geoordeeld heeft dat deze vooralsnog niet moeten worden verminderd,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 298