370
De eigenlijke titel van die brochure is: „Onze Buiten-
landsche vijand." Nadat liet opstel eerst in het „Alge
meen Dagblad van Ned. Indië" was verschenen, werd het
in 1873 afzonderlijk uitgegeven.
Bladz: 12. Streng verbod om de officieele stukken tepu-
bliceerenhandelende over het defensiestelsel.
„Geheimzinnigheid" van de zijde der Regeering is steeds
het groote struikelblok geweest, waarom de Volksverte
genwoordiging, schijnbaar, voor militaire zaken minder
toewijding had. Ik zeg „schijnbaar," omdat de vertegen
woordiging bij een minister, die open kaart speelde,
toonde, voor de verdedigbaarheid des lands veel over te
hebben of soms daartoe zelve het initiatief nam. Men
leze dit zelfde gevoelen o. a. in het verleden jaar gepu
bliceerde opstel: „De Tweede Kamer en het Ministerie
der defensie." Zie „Bataviaasch Handelsblad", 14 en 15
Februari 187C>.
Bladz: 13. In zake der defensie is de Regeering even.
min alwetend.
De zaak der defensieom met de Grondwet te spre
ken zegt De Roo van Alderwerelt in zijne brochure
„Onze Zeemacht" is bij uitnemendheid, en meer dan
eenige andere, eene regeeringszaaJcniet eene zaak van
den minister van Oorlog of van de ministers van Marine
of Koloniën, maar van hetgeheele kabinet. Op elk ander
gebied moet de Regeering veel minder zelve werken, dan
wel aan anderen de gelegenheid openen om op de meest
krachtige en vruchtbare wijze werkzaam te ziin. Op het
gebied der defensie is het de Regeering, die het initiatief
moet nemen, de Regeering. die werken moet zonder
dat daarom de Natie werkeloos mag of behoeft te blijven.
Maar de hoofdlijneu der inrichting van het verdedigings-