379
latere Indische legerkommaudantde bezwaren geschetst,
die het terrein, waarop de oorlog werd gevoerd, en de
krijgswijze der Javanen voor onze troepen opleverden.
Ook gebrek aan geld bij het Indisch gouvernement, maar
vooral verschil van meening omtrent de leiding van den
oorlog bij de regeering en den Indischen legerkommaudant
ook later nog geen ongewoon verschijnsel hebben dien
oorlog gerekt. Weitzel, de kapitein-adjudant van den
generaal De Stuers, toen deze het Indische leger kom
mandeerde, heet't over den Javasehen oorlog eerst inden
„Militairen Spectator'' opstellen, en later een groot werk
geschreven, dat door Monitor wordt aangehaald. Als
krijgskundig product schat ik het boek beneden dat Van
De Stuers; docli toen het geschreven werd, stelde men
zjjne eischen nog niet zoo hoog als tegenwoordig en was
men met elke - zelfs de meest kurieuse bijdrage tot
de kennis van de Indische krijgsgeschiedenis tevreden.
Yeel gezag mag men de werken van De Stuers en Weit
zel niet toekennen, al raadpleegde de laatste voor de
samenstelling van zij n boek zooals hij zelf zegt meer
dan 28000 officieele stukkanhem door zijn toenmaligen
chef, uit de nalatenschap van diens schoonvaderwelwil
lend ter inzage verstrekt. De generaal De Koek was
dus zoo wat in het bezit van het geheele archief van den
Javasehen oorlog! In dien tijd scheen men nog zulk een
archief, bij zijne pensioneering mede naar Nederland te
kunnen nemenwant het strenge verbod, om Indische
officieele stukken onder zijne berusting te hebben, dag-
teekent eerst van veel lateren datum. Maar de beschik
king over officieele stukken heeft weinig te beteekenen.
■wel de wijzewaarop men daarvan gebruik meent te moeien
maken; men denke slechts aan den historischeu arbeid
van den pleitbezorger der heeren Mr. J. Loudon en Ge
neraal J. Van Swieten. Weitzel was de man niet, om