396
punten van overeenstemming te vinden tusschen Midden-
Java in 18251830 en Noord-Sumatra van 1873
1877. De geschiedenis van den oorlog op Java volgende,
zoo als die in 1856 door Hageman werd beschreven, be
hoeft men soms slechts de namen van de toen handelende
personen te veranderen, om zich sommige gebeurtenissen
gedurende den oorlog in Atjeh levendig voor den geest
te halen.
Luisteren we, wat Hageman o. a. in zijn werk verhaalt.
(bladz. 119): „Dusdauig was het karakter van dezen
geheelen oorlog; aanvallen, vlugten, vervolgen, stand
houden en weder vlugten. Toen De Koek te Djokdja
aankwamwas de hoop om den opstand te dempen ver
vlogen, en de oorlog werd van nu af aan verdedigeuder-
wijze gevoerd, doordien de gouvernements legermagt, ver-
eenigd met die van Solo, van Mangkoe Kegoro, en de
weinigen van Djokdja, in verschillende kleine afdeelingen
gesplitst, allerwege werd in beweging gesteld. Schoon
ook deze expeditie weder geeue resultaten van belang
had opgeleverd, door het niet standhouden der opstande
lingen, was echter de vrees verdwenen voor de hoofd-
magt des vijands, die nabij Djokjakarta zich zoo vele
dagen had opgehouden. De Gouverneur De Koek meldde
zelfs in zijne rapporten, dat velen zich bij hem kwamen
onderwerpen en meende, dat er onder de opgestane prin
sen oneenigheid bestond, welke voordeelig zoude werken.
Maar deze hoop was ijdel, en schoon de opstandelingen
van nabij de hoofdstad waren verdreven, bragten echter
zendelingen en priesters de overige deeleu des lands in
opstand."
(bladz. 132): „De generaal-majoor Van Geen, een bemin
naar van het zoogenaamd zuiveren van dorpen door middel
van vuur, deed alle dessa 's die zuivering ondergaan."
(bladz. 149): „De voorzegde handelingen van De Koek,