423 zullen worden opgerigt; dat zij zoo veel mogelijk zullen bestaan uit de naastbestaanden van deze, en in allen ge valle uit de meest vertrouwbare inlandersbij wijze van vrijwillig engagement. 10°. I)at de manschappen expresselijk zullen worden geëngageerd onder de bepaling, dat zij in tijd van nood bij het leger, ieder in zijne betrekking zullen, dienst pres teren en daarbij zullen worden ingelijfdeu in dat ge val dezelfde betaling zullen genieten als de inlandsche manschappen bij hetzelve; dat de regenten wijders zullen gehouden zijn, hen naarmate zij tot de aktieve dienst worden opgeroepen, door anderen te doen vervangen, zoodanig dat de barissans altijd kompleet en dienstvaardig voorhanden zijn. 11°. Dat eene nader te bepalen uniform, door de ba rissans zal worden gedragen, en hunne kleeding, uit rusting, paarden, enz. door de regenten, iii overleg met den residentzullen worden bezorgdtegen het genot van het half percent der landrenten, iti het regentschap o-eheven wordende. Dat de infanterie voor de eene helft met geweren, en voor de andere helft met pieken zal zijn gewapendeu de kavallerie met lansen. Dat de geweren, voor zoover noodig, door het gouvernement zullen wor den verstrekt, doch op kosten der regenten in goeden staat zullen moeten worden gehouden. 12°. Dat deze manschappenin iedere residentie, onder de orders van den resident zullen zijn gesteld en de regenten hen als onderchefs zullen bevelen. 13°. Dat door ieder der residenten een reglement van ordedienstkrijgstucht en voeciing, ingerigt naar gelang der plaatselijke omstandigheden, zal worden ingezonden en aan de approbatie van den gouverneur-generaal on derworpen. 41°. Ten aanzien van de barissans door de vorsten O

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 429