62 moet opvolgen. Een ellendige toestand der oorlogsmarine, die bij liet orgaaiseereu van groote expeditiën het kolo niaal gouvernement dwingt, transportschepen en stoo- mers van de civiele marine in oorlogsvaartuigen te me- tamorphoseerenmag nooit het motief zijn om de trans portschepen dan maar liever af te schaffenEn als deze schepen, door ze niet aan hunne natuurlijke besteniming te onttrekkengewoonlijk zóó weinig zullen worden ge bruikt dat het jammer is om er zoo veel kosten aan te bestedenlaat dan ook maar geene monitors b. v. meer bouwenwant die kosten nog meer en worden slechts weinig gebruiktomdat de ketels anders zoo slijten! Nog om eene andere reden vervolgt die zelfde schrij ven zijn permanente transportschepen minder noodig. Het gouvernement heeft, bij het verleenen der concessie voor de pakketvaart in den Indischen archipelzich het recht voorbehouden, de stoomschepen der kontraktee- rende maatschappij tijdelijk in beslag te nemen tot het overvoeren van troepen; dat daarvan in vroegere jaren nimmer werd gebruik gemaakt, is waarschijnlijk het ge volg geweest van het te gering aantal stoomschepen, dat de maatschappij volgens vroegere kontrakten aanwezig behoorde te hebben. Tegenwoordig is die bepaling van het kontrakt geene doode letter meer, want de re geering heeft haar kunnen toepassen bij de organisatie van de beide Atjehsche expeditiën. Daardoor besluit die schrij ver heeft inen de groote kostenwelke de aanschaffinghet onderhoudenz.van transportschepen veroorzakenkunnen uitsparen en gebruiken tot verbetering en uitbreiding der civiele marine. Is dit zoo P Wat heeft de ondervinding geleerd? Neen, de stoombooten der Ned.-Indische stoomvaart maatschappij zijn geene transportschepen in den waren zin des woords. Ook dat heeft de uitkomst geleerd. Alleen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1877 | | pagina 68