147
AANTEEKENING N°, 19 (bladz. 35).
De benden van ordonnantie waren ontstaan ten tijde van de Bourgon
dische hertogen. Zij bleven niet geregeld onder de wapenen, kwamen
alleen opals zij daartoe door den landsheer waren opgeroepen en waren
samengesteld uit ingezetenen dezer landen. Voor bijzonderheden, zie
„Guillaume, Histoire des Bandes d'ordonnance". Over de benden, die
de partij der Staten-Generaal kozen, wordt in dit werk alleen gezegd:
car si parmi les chefs de cette milice plusieurs avaient embrassé
„la cause de don Juan, par exemple Mansfeld et les Berlaymont, le
„plus grand nombre étais resté attaché au parti des états".
De Prins van Oranje was chef van een der benden sinds 12 April
1554 (zie bladz. 10). In 1570 werd deze bende van „50 hommes d'armes
et 100 archers", benevens die van graaf Lamoraal van Egmond (gere
duceerd tot 30 hommes d'armes) verdeeld als volgt:
30 hommes d'armes van den Prins werden geformeerd tot eene nieuwe
bende onder Pierre de Bailleul heer van Epvre en St. Martin
10 hommes d'armes van den Prins en 20 van den graaf van Egmond
werden vereenigd tot eene nieuwe bende onder Jacques de la Cresson-
nière; de overige 10 hommes d'armes van den Prins werden gevoegd
bij de bende van Karel de Brimeu, graaf van Megen.
De uitdrukking „au traictement du Roy" beteekent, dat de soldij door
de Staten-Generaal betaald werd op den voet, zooals zulks in de Zuide
lijke Nederlanden gebruikelijk was.
AANTEEKENING N°. 20 (bladz. 40).
Res. S. G. 8 November 1576: „Que l'on prendra et acceptera en
„service actuel de Sa Majesté et des Estatz 2000 Reijters de Manderslo
„et 2000 en Waertgelt, et que l'on feroit traicter sur ce par celluy que
„le Prince d'Orainge a reccommandé, scavoir Stoensel Namerslo, et
„que l'on feroit lesdictz 2000 Rijters incontinent marchier pour Luxem
bourg, bien entendu que sy l'on pourroit delaisser les 2000 Rijters en
„Waertgelt ce servit fort a conseiller".
Graaf Ernst van Mandersloo had in 1572 met den Prins van Oranje
den tocht over den Rijn medegemaakt; hij ging vervolgens over in Fran-
schen dienst. Stensel van Namsloo was commissaris van de monstering
zijn naam wordt in de resolutiën erg mishandeldo. a. in de Res. S. G.
14 November 1576 tot Stoensel van Manderslo, zoomede in die van
7 December 1576, alwaar vermeld wordt„Que Stensel Manderslo et
„Oijenbrugge se trouveront vers les colonels Allemans et aultres en
„France, declarant que les Estatz ont entendu que les dictz colonels