186 AANTEEKENING N". 80 (bladz. 76). Jhr. Justinus van Nassau, natuurlijke zoon van Prins Willem van Oranje, was sinds 1583 kolonel van het regiment van wijlen den heer van Tliiant (Res. S. G. 17 Mei 1583). Hij bleef chef van het regiment tot zijne benoeming als luitenant-admiraal van Zeeland. Hij werd dit in plaats van jhr. Willem Blots van Treslong (Res. R. v. St. 28 Februari 1585)„ende overmidts hij in het fait van oorloge „te water noch niet seer geuseert is, dat sij hem als voorname Raden „ende mede-exploicteurs bijghevoeght hebben Maerten Drooge ende den „Admiraal van Ziericksee Adriaen (Willem) Simonsz, ten eijnde de saecke „op de Riviere ende de Dijcken des te beter beleijdt mogen worden" (Res. H. 12 Maart 1585). Als luitenant-admiraal kreeg hij op 1 April 1585 eene compagnie van het Zeeuwsche regiment. In een volgend tijdperk zullen wij jhr. Justinus bovendien ontmoeten als kapitein van eene compagnie mariniers, als ritmeester en als gouverneur van Breda. Hij was geboren in 1559, huwde 1596 met Anna van Merode (geboren 1563, overleden 8 October 1634)weduwe sinds 1589 van Thomas Morgan Engelsch kolonel in Staatschen dienst, en overleed 26 Juni 1631. Hunne kinderen waren: 1°. Willem Maurits gehuwd met Maria van Aerssen van Sommelsdijk. Uit dit huwelijk Justinus, Anna, gehuwd met George van Cats en Justina, gehuwd met Willem Adriaan, graaf van Hornes, Meester-generaal der Artillerie. Amalia Louise de Hornes dochter van laatstgenoemdenhuwde graaf Lodewijk van NassauOttweiler, schout-bij-nacht in Staten-dienst (geboren 26 Februari 1661, overleden 19 December 1699). 2°. Filips, gehuwd met Margaretha van Courtenbach, uit welk huwelijk eene dochter, die huwde met den baron Schencic van Blijenbeek. 3°. Louise Henrietta, die in 1632 huwde met Henry Herbert, Engelsch kolonel in Statendienst. Van Justinus zijn geen andere mannelijke nakomelingen, den naam van Nassau dragende, afkomstig. AANTEEKENING N°. 81 (bladz. 77). Bij eene ongeregelde betaling kwam nog het euvel, dat de soldaten werden afgezet door de zoetelaars of vivandiers (Res. R. v. St. 8 Mei 1585). Een enkele maal komt het voor dat een der lieden van de compagnie schijnt belast te zijn geweest met de zorgen voor de voeding; de Res.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1911 | | pagina 200