1572—1577.
30 Augustus 1577.
30 Mei 1580.
10 Juni 1580.
25 Juni 1580.
7 October 1581.
23 December 1583.
16 October 1584.
Spaansch.
George de Lalaing, baron de Ville, graaf van
Rennenberg, provisioneel stadhouder en kapitein
van FrieslandGroningen en Drenthe (1). Hij ver
laat 3 Maart 1580 de Staatsche zijde.
Graaf Filips van Hohenlohe generaal over de
troepen in Friesland (2).
Prins Willem van Okanje, Stadhouder (3).
Bernard van Merode, heer van Rummen, luite
nant-gouverneur van Friesland.
Graaf Willem Lodewijk van Nassau, superinten
dent over het krijgsvolk te Dokkum; John Cun
ningham anders genaamd kapitein Smit „assistent"
van graaf Willem Lodewijk. Scipio van Meckema,
superintendent te Nieuwezijlen (4).
Graaf Willem Lodewijk, luitenant-gouverneur van
Friesland (5).
Graaf Willem Lodewijk, Gouverneur van Fries
land (6).
Groningen.
30 Augustus 1577.
10 Mei 1584.
George de Lalaing, baron de Ville, graaf van
Rennenberg, provisioneel stadhouder en kapitein
van Friesland, Groningen en Drenthe (7).
Graaf Willem Lodewijk van Nassau, Gouverneur
van de Ommelanden (8).
226
(1) Res. S. G. 30 Augustus 1577. Hij gaat 3 Maart 1580 over naar Spaansche zijde; overleden
23 Juli 1581.
(2) Res. S. G. 30 Mei en 1 Juni 1580, op 1500 ter maand. Het traktement van zijn luite
nant Bernard van Merode bedraagt 500 ter maand (Archief Raad van State N°. 2223).
(3) Res. S. G. 10, 11 en 13 Juni 1580.
(4) Res. en Comm. Landraad O. Z. Maze 7 October 1581.
(5) Zie o. a. Res. S. G. 10 Februari 1584.
(6) Res. S. G. 10 November 1584. Commissie voor graaf Willem Lodewijk, op akte van
Oostergoo, WestergooSevenwolden en de steden representeerende de Staten van Friesland: in
plaats van Prins Willem van Oranje.
(7) Res. S. G. 30 Augustus 1577. Hij ging 3 Maart 1580 over naar Spaansche zijde. De stad
Groningen ging dientengevolge verloren. Hij overleed 23 Juli 1581.
(8) Res. S. G. 10 Mei 1584 (gekozen door de uitgewekene Ommelander-Regenten). In het
traktement van graaf Willem Lodewijk als gouverneur der Friesche Ommelanden werd eerst
voorzien bij Res. S. G. 5 October 1589het werd bepaald op de helft van het traktement van
stadhouder van Friesland.