14 grensplaatsen de kerken en kloosters te plunderen, de beelden, altaren en kerksieraden te vernielen. De beeldenstorm sloeg van Vlaanderen over naar Antwerpen, Brabant, Holland en andere Nederlandsche ge westen. Binnen enkele dagen werden meer dan 400 kerken verwoest en gingen kostbare kunststukken onherstelbaar verloren. Terwijl Margaretha tot herstel van rust beloften aan de protestanten deed (24 Augustus), wisten de stadhouders de gemoederen tot bedaren te brengen. Met anderen vervolgden ook Oranje en Egmond de kerk schenders, doch vergunden in enkele plaatsen de vrije godsdienst oefening. Inmiddels had de beeldenstorm de eensgezindheid onder de verbonden edelen verbroken. Zoodra de landvoogdes van den eersten schrik bekomen was, herriep zij de aan de hervormden toegestane vrijheden en gaf op last des konings bevel tot het lichten van krijgsvolkvoornamelijk in Duitschland. Het eerste, wat de landvoogdes ondernam, was de tuchtiging van Valencienneswaar de hervormden zich van verscheidene kerken meester gemaakt en de ingezetenen geweigerd hadden bezetting te huisvesten. In December 1566 sloeg Noircarmes het beleg voor de stad. Verscheidene edelen brachten hunne sloten in staat van tegenweer. Het kasteel van Brederode te Vianen werd het middelpunt, waar de verdedigers der vrijheid zich wapendenweldra had hij 3000 man bijéén. Maar nog alvorens hij daarvan tegen het bewind gebruik maakte, vorderde Margaretha van alle ambtenaren een nieuwen eedwaarbij zij beloven moesten het roomsche geloof te zullen handhaven, de ketterij uit te roeien en den koning te dienen tegen elk, dien men hen noemen zouniemand uitgezonderd. Egmond in plaats van zichzoo als Oranje had gewild, aan het hoofd der krijgsmacht te stellen, liet zich door vleiende brieven uit Spanje overhalen om den eed af te leggen; velen met hen. De middelerwijl door de landvoogdes behaalde voordeelen, nieuwe be loften en vleierijen uit Spanje ter eenere, eischen en bedreigingen ter andere zijde, sloegen den moed der edelen geheel ter neder en deden allengs hun verbond te niet gaan. Oranje kwam alleen te staan. Brederode vatte nu als opperste veldheer openlijk de wapens op. Zijn plan was Walcheren te vermeesteren, Antwerpen te bezetten, Brussel te verrassende landvoogdes gevangen te nemendaarna den vrede voor te schrijven. Doch de aanslag van Jan van Marnix heer van Thoulouse, broeder van Aldegonde, op Walcheren mislukte. Hij moest naar Antwerpen terugkeeren, werd bij Oosterweel (Austruweel) nabij Antwerpen geslagen en sneuvelde (13 Maart 1567) (1). Eenige dagen (1) Thoulouse had van den Prins van Oranje van Anthonie de Lalaing graaf van Hoogstraten en de regeering van Antwerpen herhaaldelijk bevel ontvangen om zich te verwijderen, en beloofde te gehoorzamen. Hij voldeed hieraan echter niet en werd verslagen door Filips van Lannoy, heer van Reauvoir.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1911 | | pagina 28