279 neer op het doen van wachten. Deze wachten stonden onder toezicht van den wachtmeester, afkomstig uit hot leger (1). b. WAARDGELDERS. In 1583-werd besloten om 10 vendels, te samen 2000 man, in waard geld te houden. Eene belangrijke uitbreiding alzoo van het oorspronkelijke plan van 1581. De traktementen werden per maand als volgt bepaald (2): kapitein 12; luitenant 7; vendrig 6; twee sergeanten 8; 4 korporaals 12provoost 2fourier 2„veldt-scheerder 2 te samen 188 man, elk een daalder ter maand282 Totaal voor 1 vendel338 en voor 10 vendels3330 (3) Yan deze 10 vendels zouden 7 worden opgericht in Holland, 3 in Zeeland en Utrecht (4). De sterkte werd evenwel nader bepaald op 150 hoofden per compagnie terwijl voor 125 man, tegen geregelde afbetaling geleverd zouden worden musketten, roers en spiessen (5). Toen de graaf van Leicester het bewind zou aanvaardenkoesterde men zulke goede verwachtingen omtrent de toekomst, dat de extra-on- kosten voor waardgelders en dergelijken overbodig werden geacht. Zij werden derhalve afgeschaft. Al vrij spoedig verdween alle goede hoop in rookhet verraad van William Stanley (Deventer) en van Roeland Yorke (schans vóór Zutphen) gaf den doorslag om weer tot bijzondere maatregelen over te gaan. De Staten van Holland besloten tot wederoprichting van waard gelders als te Delft en te Leiden, elk eene compagnie van 200 hoofden, te Gouda, Rotterdam en. Gorinchem elk eene van 150 hoofden (6), eindelijk mede te Haarlem een van 150 (7). Elke compagnie zou een vaandel krijgen (8). (1) Als voorbeeld wordt hier aangehaald Res. H. 21 Januari 1584: »De Staten van Hollandt «hebben tot verseeckertheijdt der steden van Woerden, ende ten eijnde onder de schutters ende d Burgei'ije aldaer voor het eerste in de noodt goede ordre ende opsichte op 't stellen ende onder- houdt van de wachten aldaer mach werden gehoudengestelt ende gecommitteert Cornelis Boeck Domme bij provisie als wachtmeester binnen de voorschreve steden alles te doen in herstellen «onderhouden ende besichtigen van de wachten aldaer, dat een goedt ende getrouw wachtmeester «schuldigh is ende behoort te doen (2) Res. H. 15 November 1583. (3) De resolutie vermeldt 3333. (4) Res. H. 24 November 1583. (5) Res. H. 6, 14, 19 en 24 December 1583. (8) Res. H. 13 Februari 1587. De samenstelling der compagnie was verschillend van die van 1583. (7) Res. H. 28 Februari 1587. (8) Res. H. 16 Februari 1587. Gelijktijdig werd bepaald dat de provoost en de adelborsten elk 3 ter maand zouden ontvangen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1911 | | pagina 293