67 De oorlog was in het jaar 1582 weinig gelukkig gevoerd. Terwijl de vijand in het zuiden en in het oosten vele voordeelen behaaldegeraakte het Staatsche leger wegens gebrekkige betaling in een treurigen toestand. Het regiment Engelschen van sir John Norris trok plunderende door de Yeluwe en het Sticht (1). Noch de hertog van Anjou zelf, noch zijn leger beantwoordden aan de gekoesterde verwachtinggeenszins tevreden zijnde met het aan hem toe gekende gezag, beproefde Anjou met geweld heer en meester te worden. De aanleg was in alle stilte voorbereid en zou op 17 Januari 1583 worden uitgevoerd. Op dien datum toch maakten zijne onderbevelhebbers zich meester van Dixmuiden, Dendermonde, Vilvoorden, Aalst en Meenen. Twee dagen te voren was het Nederlandsche garnizoen uit Duinkerken verjaagd (2). Maar de aanslag op Antwerpen, in de geschiedenis bekend als de Fransche furie (17 Januari 1583), mislukte. Dientengevolge viel het geheele plan van Anjou in duigen (3). Om staatkundige redenen en uit vrees dat zijne troepen gemeene zake zouden maken met den hertog van Parma, wenschte men niet met den hertog te breken. Aan eenige fransche heeren vergunde men om den eed van getrouwheid aan de Staten-Generaal af te leggen en aanvaardde de zorg tot levering van levensmiddelen, waaraan het fransche leger groot gebrek leed (4). Op 2628 Maart 1583 had eene verzoening plaats tusschen den hertog en de Staten-Generaal, waarbij evenwel nog niets werd vastgesteld om trent het te voeren gezag (voorloopig tractaat van Dendermonde). Eene volledige verzoening zou eerst in het volgend jaar plaats hebben. Met den hertog van Anjou was overeengekomen, dat hij zich met een klein deel van zijn leger begaf naar Duinkerken. De hoofd macht zou door den hertog van Biron te Willebroek verzameld worden om vervolgens met het Statenleger tot ontzet van Eindhoven op te rukken. Door laatstbedoelde troepen werd een nieuwe eed afgelegd aan de Staten-Generaalnamelijk eeneed door de Franscheneen gelofte door de Zwitsers, omdat laatstgenoemden „volgende heure manieren van doen nyet gewoon en zijn heuren eedt te vernyeuwen" (5). De hertog van Biron aanvaardde het opperbevel over het gezamenlijke (1) Zie Aanteekening N". 61. (2) Hier lagen de vendels van jhr. Jan van Egmond en Arnolt de Lange; het was de zetel van jhr. Willem Bloys van Treslong, admiraal van Zeeland, die door den Prins van Oranje benoemd was tot superintendent van het Westerkwartier van Vlaanderen (Res. S. O. 24 Augustus 1579). Daarentegen werden de Franschen verdreven uitOstende, Nieuwpoort en Brugge. (3) Zie Aanteekening N". 62. (4) N". 63. (5) Res. S. G. 7 April 1583.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1911 | | pagina 81