130
Bes. S. G. 5 Juli 1600. Alexander
Wishart (1).
Res. E. v. St. 25 September 1599
80 kurassiers en 61 bidets, op
Friesland.
Ees. E. v. St. 7 Februari 1602
100 kurassiers en 61 bidets.
S. v. O. 1604 100 kurassiers en
81 bidets.
S. v. O. 1608 94 kurassiers en 63
bidets.
S. v. O. 1609 70 kurassiersop
Holland.
Vaan N°. 37.
Ees. S. G. 29 April 1602. Jhr. Die- Ees. S. G. 29 April 1602 100
DEBicK Quadt van Wickeaidt. kurassiers en 81 bidets, op Hol
land (2).
S. v. O. 1608 99 kurassiers en
61 bidets.
S. v. O. 1609 70 kurassiers.
Vaan N\ 38.
Ees. S. G. 29 April 1602. Ees. S. G. 29 April 1602= 100
Guillaume Pisset. harquebusiers, op Utrecht (3).
S. v. O. 1604, op Groningen.
Ees. S. G. 31 Januari 1606 120
harquebusiers.
Ees. S. G. 13 Augustus 1607 100
harquebusiers.
S. v. O. 1608 100 harquebusiers.
S. v. O. 1609 70 harquebusiers.
(1) Alexander Wishart, ritmeester van een compagnie ruiters en „hiertelantsche
knechten" (Res. S. G. 7 Juni 1591)was vroeger ook ritmeester geweest. By cassatie zijner
vaan ging hij met 6 paarden over hij de vaan van Paul Bacx (Comm. R. v. St. 21 Apiil
1587). Bij Res. S. G. 17 September 1599 werd hij geappointeerd in de compagnie ruiters
van graaf Lodewijk Gunther van Nassau; op 17 Maart 1600 aan hem vergund om zich
met twee paarden en een bidet in dienst te begeven bij een andere vaanbij Res. R. v. St.
22 Maart 1600 zijn traktement vermeerderd met 30 „boven die besoldinghe, mits dat hij
„geduyrendo zijnen dienst die generalitoit nyet en sail moeghen moeyelflck vallen ter cause
„van zijne overighe pretension". B(j Res. S. G. 5 Juli 1600 werd hij bij Prins Maurits aan
bevolen als opvolger van John Hamilton. Het foit, dat hij reeds vóór laatstgenoemden
datum op den staat van oorlog van 1599 als ritmeester op Friesland voorkomt, bewijst te
meer dat de staat van oorlog met bpehoorende petitie niet anders was dan een voorstel
van den Raad van State.
(2) Gelicht in het Guliksche.
(3) Gelicht in Lotharingen.