264 Werner van den Houte gezegd du Bois, heer tot Est, gecommitteerd als „sergeant-major-generael der Cavaillerie" (1). Graaf Hendrik Frederik van Nassau, gecommit teerd als „generael van de Cavaillerie" (2). Werner van den Houte gezegd du Bois, gecom mitteerd als commissaris-generaal der cavalerie (3). Marcelis Bacx, gecommitteerd als „Commissaris- „generael ende sergeant-major over de cavaillerie", in plaats van Werner van den Houte (4). Daniel de Hertaing heer van Marquettegecom mitteerd als luitenant-generaal der cavalerie, onder gehoudenheid als generaal ook te dienen te water en te lande, in besloten steden, enz. (5). Thomas van Stakenbroek gecommitteerd als wacht meester-generaal van de cavalerie (6). d. GENERAALS DER INFANTERIE. Gedurende het tijdvak 15881609 werden bij het wapen der infanterie geen andere generaals benoemd dan (in het bijzonder) over de regimenten Engelschen. Deze laatste waren 11 Januari 1599. Sir Francis Yere, generaal over de compagnieën Engelschen in Staatschen dienst (7). 20 Februari 1602. 22 April 1603. 25 Juli 1603. 21 Januari 1604. 5 Mei 1606. (1) Res. R. v. St. 20 Februari 1602. In hetzelfde jaar ontving hij bovendien commissie als generaal over de ruiterij en het voetvolk der Staten-Generaal te Embden (Comm. S. G. 24 October 1602). (2) Comm.S. G. 22 April 1603 op 1500 ter maand, alle voorgaande traktementen inbe grepen; bij Res. S. G. 5 Mei 1606 verhoogd tot 1800 ter maand van 32 dagen. (3) Res. S. G. 25 Juli 1603. „Le commissaire general expédiait les ordres, règlait les gardes et les convois, fixait le prix des vivres, accommodait les difficultés, soit entre les corps, soit entre les soldats (Melzo, Régies militaires)". (4) Comm. S. G. 21 Januari 1604 op 150 ter maand. In de Res. R. v. St. van 24 Maart 1604 komt hij voor als „commissaris-generael ende quartiermeester over die Ruyterie". Hij werd in 1606 benoemd tot gouverneur van Bergen-op-Zoom onder voorwaarde, de betrek king van commissaris-generaal der cavalerie neder te leggen (Res. S. G. 27 April 1606). (5) Res. en Comm. S. G. 5 Mei 1606op 400 ter maand boven het traktement der com pagnie ruiters, aan hem te geven (vaan N°. 8) in plaats van zijne compagnie voetknechten» onder voorwaarde, dat hij zijn betrekking als kolonel van het Regiment Walen zou neder- leggen. (6) Res. S. G. en Res. R. v. St. 19 Mei 1606 op 100 ter maand. Prins Maurits ver. klaardo de waardigheid van wachtmeester-generaal van gelijken aard te zijn als commissaris- generaal; wanneer hij bjj de benoeming een compagnie kurassiers mocht hebbendan moesten dezen gereorganiseerd worden tot harquebusiers (Res. S. G. 8 Mei 1606). De ritmeester Godert van Batenburg bekleedde alleen te velde de betrekking van wachtmeester-generaal. (7) Res. S. G. 11 Januari en Comm. S. G. 19 Januari 1599; ingevolge Res. S. G. 6 Juli 1598 op 1100 ter maand voor 32 dagen boven de compagnie-colonelle en de compagnie- kurassiers

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1913 | | pagina 288