302 man van het Engelsche secours en van zijn regiment te harer beschik king te stellen, tevens de noodige schepen uit te rusten. De koningin zou voor de expeditie naar Spanje 120 schepen bijeen brengen en een leger van 20,000 man onder bevel van Robert Devereux, graaf van Essexmet sir Francis Vere als zijn luitenant-generaalde scheepsmacht onder den admiraal Charles Howard (1). De Staten-Generaal bewil ligden 2200 man voor den tocht; 600 man uit Ostende, 500 uit Vlis- singen, 400 uit den Briel en 200 man uit 3 compagnieën van andere gar nizoenen allen van het secoursbenevens 5 compagnieën 500 man van het regiment van sir Francis Vere (2). Onder deze 2200 man telden enkele Nederlanders. De Staatsche vloot, samengesteld uit 20 oorlogsvaartuigen en 4 pro viandschepen, was voorzien van victualie voor 5 maanden (3) en stond onder het bevel van den luitenant-admiraal jhr. Johan van Wassenaer, heer van Warmond (4) met Jan Gerbrandstz. als vice-admiraalde schepen voerden in de vlag het wapen der Generaliteit, d. i. de leeuw met pijlen (5). De geheele krijgsmacht, door Engeland op 20000 man ge raamd, bedroeg echter weinig meer dan 6000 hoofden, waarbij 2200 uit de Nederlanden; een duizendtal edelheden-avonturiers van beide rijken, o. a. don Christoffel van Portugalzoon van don Antonio gingen mede onder bevel van graaf Lodewijk Gunther van Nassau (6). De schepen en troepen kwamen in de maand April te Plymouth samen maar gingen pas op 13 Juni onder zeil naar de baai van Cadix, waar de Spaansche vloot gereed lag om naar Indië te vertrekken. Deze werd ontredderd, doch niet vernietigd, waartoe alle kans had bestaan; graaf Essex verkoos te landen om de stad Cadix in te nemen, te plunderen en de burgers op rantsoen te stellen (7). In het laatst van Augustus keerde de vloot met de landingstroepen in het vaderland terug; den 3den September bracht de admiraal van Warmond verslag uit in de vergade ring der Staten-Generaal (8) en overhandigde haar een brief van Enge- land's koningin met dankbetuiging voor de goede diensten door de Nederlandsche vloot bewezen, waaraan een groot deel van den goeden uitslag viel te danken. Ook bracht de graaf van Essex hulde aan graaf (1) Res. S. G. 15 Maart 1596. (2) Res. S. G. 16 en 19 Maart 1596. (3) 16 schepen van Holland8 van Zeeland (Res. S. G. en Res. H. 15 Maart 1596). (1) Johan van Duyvenvoorde had in 1590 den naam en het wapen van Wassenaar aan genomen. (5) Res. S. G. 15 April 1596. (6) Geboren 15 Februari 1572, jongere broeder van de graven Willem Lodewtk, Filips en Ernst Casimir. (7) De expeditie is uitvoerig beschreven in de resolutiën van Holland van het jaar 1596. (8) Res. S. G. 3 September 1596. Bjj de bestorming' van Cadix sneuvelde o. a. John Winoiteld, gewezen gouverneur van Geertruidenberg.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1913 | | pagina 326