324
Graaf Edzard overleed in het voorjaar van 1599 (1). Zijn opvolger
Enno III (15991625) was nog meer Spaanschgezind dan zijn vader
en vergunde aan zijn broeder Christoffel eene commissie van aarts
hertog Albertus van Oostenrijk als kolonel van een in Oost-Friesland
te werven regiment infanterie aan te nemen (2). Om deze redenen
wilde Emden den nieuwen landsheer niet huldigen; de Staten van Hol
land zonden 1000 man en 8 schepen derwaarts, sloten een leening van
60.000 met het stadsbestuur en machtigden dienovereenkomstig Prins
Maurits om uit naam en van wege de Vereenigde Nederlanden de
noodige maatregelen tot heil van Emden te treffen (3). Aan de stad
werden fondsen verstrekt tot betaling van 600 soldaten gedurende
3 maanden; 3 oorlogsschepen kruisten vóór Emden (4). Alzoo gerug
steund, brak in April 1599 te Emden een oproer uit met het doel
om alle aanhangers van den graaf uit de regeering te ontzetten en uit
de stad te verwijderen; graaf Willem Lodewijk zond 600 man onder
Johan van Corput naar de voorsteden (5). Door bemiddeling van de
Staten-Generaal kwam op 6 October 1599 een overeenkomst tusschen
den graaf en de stad tot standals gevolg waarvan Emden graaf Enno III
huldigde.
Met dit al, bleef de verhouding tusschen beide partijen gespannen. In
April 1602 nam graaf Enno krijgsvolk aan om zijn gezag met de wapenen
te handhaven en zond hij gezanten naar den Haag om deze maatregelen
te rechtvaardigen. Doch de Staten-Generaal verklaarden zich aan de
tractaten te houden en als de graaf zijn krijgsvolk niet afdankte, de
stad Emden te zullen ondersteunen (6). Tevens noodigden zij graaf
Willem Lodewijk van Nassau uit om de frontier-steden van de noodige
bezettingen te voorzien en al zijn aandacht te wijden aan hetgeen te
Emden voorviel; de stad ontving toezegging van hulp door oorlogs
schepen (7). Doch graaf Enno zocht steun bij keizer Rudolf II en bij
Spanje en gaf op 10 Mei 1662 uitvoering aan zijne bedreigingen door
Norden en alle dorpen en plaatsen rondom Emden te bezetten.
Tot geen prijs duldende, dat Oost-Friesland onder Spaanschen invloed
kwam, eischten de Staten-Generaal aanvankelijk, dat Emden, volgens
het verdrag van Delfzijl, aan hare geldelijke verplichting tegenover den
graaf voldeed; nam hij hiermede geen genoegen, dan zouden zij Emden
met krijgsvolk bezetten. Inderdaad rukte de overste-luitenant Taco van
Hettinga in Mei met 6 Friesche vendelen, ongeveer 200 man, de stad
(1) Nalatende 5 zonen: Enno,. heer van Esens, Gustaaf, Joiian, Christoffel en Karel.
(2) Res. S. G. 14 Februari en 15 Maart 1599.
(3) Res. H. 14 Maart; Seer. Res. S. G. 15 Maart 1599.
(4) Res. S. G. 24 en 31 Maart, 18 April 1599.
(5) Res. S. G. 22 en 23 April 1599.
(6) Res. S. G. 13, 19, 20 en 26 April 1602.
(7) Res. S. G. 26 en 28 April, 1 en 5 Mei 1602.