35 18 vendelen Friezen, ingedeeld in 3 regimenten, omtrent 2400 mannéïi; 13 Engelschenmet 3 vendelen van het secours en 150 man uit Ylissingen 1600 10 Schotten 1100 12 van graaf Filips van Nassau bene vens de garde van Prins Maurits 1200 2 van dit regiment, die nog moesten komen 200 11 van Noord-Holland 1200 1 vendel van dit regiment, nog niet aangekomen 100 71 vendelen uitmakende omtrent 7800 mannen, benevens 15 vanen met 1000 paarden: te samen, met de matrozen en andere officieren, 9960 manyolgens vroe gere monstering behoorde de sterkte 14000 man te bedragen (1). Hier aan werden toegevoegd 18 heele en 18 halve kanonnen batterij-geschut, tot bediening waarvan, de matrozen behoorden, en 6 veldstukken Met dit leger sloeg Prins Maurits den 14den Juli het beleg voor Grol, alwaar graaf Johan van Stirum het bevel voerde. Het beleg werd reeds 10 dagen later opgebroken wegens 's vijands opmarsch onder den 92jarigen Christoffel de Mondragon en graaf Herman van den Berg (2). Prins Maurits achtte zijn leger niet voldoende sterk om zijne liniën naar binnen en naar buiten te bezettenterwijl vrees bestond voor afsnijding van den toevoer van levensmiddelen. De aftocht geschiedde zoo overhaast, dat wegens gebrek aan wagens veel kostbaar materieel moest worden verbrand: o. a. 10000 aan de uiteinden met ijzer beslagen houten, zooge naamde Friesche ruiters, elk lang 6 voet. Ware het beleg nog een paar dagen voortgezet, dan zou Grol zich waarschijnlijk hebben moeten over geven. De vijand, ten getale van 6000 man en 1200 paarden, had op 25 Juli Klein- en Groot Reken tusschen Wesel en Coesfeld bezetna het ontzet van Grol, hield hij zich in verschillende plaatsen nabij Wesel tusschen den Rijn en de Lippe op. Prins Maurits legerde den 28sten Juli te Terborg en Sillevolde, waar hij eene versterking ontving van 200 man der garde van den graaf van Hohenlohe, van 7 Hollandsche en 5 Zeeuwsche vendelen, elk van 100 man. Het bleef bij wederzijdsch ver kennen en kleine schermutselingen zonder dat een van beide partijen voordeelen behaalde. Bij het bericht dat de vijand Walsum tegenover Orsoy bezet had, verliet Prins Maurits de versterkte stelling bij Ter- borgSillevolde en trok over Emmerik naar Bislich aan den Rijn, waar (1) De oorzaken en de gevolgen van de verschillen tusschen de werkelijke sterkte en zooals ze had moeten zyn, zyn vermeld in Aanteekening N°. 20. (2) Mondragon overleed 3 Januari 1596. In hetzelfde jaar overleed mede Filips van Croy, hertog van Aerschot (11 December).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1913 | | pagina 59