intusschen hadden de geruchten dienaangaande zoodanigen schrik verspreid, dat de meeste boeren hunne contributiën of brandschattingen betaalden. Gedurende den winter ontwierp Prins Maurits een plan tot vermeeste ring van Wachtendonk, hetwelk den vijand de gemeenschap tusschen Maas en Rijn verzekerde, bovendien een uitgangspunt voor strooptochten. De onderneming werd toevertrouwd aan graaf Lodewijk Gunthek van Nassau en den kolonel William Edmond van de Schotten met zeven en een halve vaan en 800 man te voet. Op 23 Januari 1600 viel Wach tendonk in Staatsche handen. Louis van de Kethulle, heer van Ry- hoven, werd gouverneur. Men kon nu gemakkelijk contributiën heffen op den anderen Maasoever (1). Hoewel de vijand gedurende twee jaren een zeer talrijk leger onder de wapenen had, deed het hem ten slotte alleen Rijnberk en het fort St. Andries verwerven. Het eerst zou hij St. Andries verliezen welk fort wegens zijne ligging en beteekenis door de Spanjaarden de „Bril van Holland" werd genoemd. Ter gelegenheid, dat zich op het fort commissarissen bevonden om de bezetting te monsteren, begon deze te muiten (15 Februari), welk voorbeeld in het fort Crèvecoeur werd gevolgd (17 Februari). Die van St. Andries kozen Anthonie de Sancy tot electo, Andries Breder tot gouverneur en Gabriel de Nouelles tot sergeant-majoor. Prins Maurits besloot van de omstandigheden ge bruik te maken om beide forten te vermeesteren. Op 19 Maart werden de daarvoor bestemde troepen, schepen en materieel te Dordrecht ver zameld; meerdere vanen cavalerie ontvingen last om de bewegingen des vijands op groote afstanden gade te slaan. Reeds op 24 Maart viel Crèvecoeur in handen van den Prins. Van de voormalige bezetting ging het vendel van het regiment Walen van Charles de Lalaing, baron van Hachicourt, ter sterkte van 100 man, onder Jan Gilson in Staatschen dienst over. Het andere vendel van het regiment Duit- schers van graaf Christoffel van Embden verliep grootendeelsslechts 40 man gingen mede over en werden over verschillende compagnieën verdeeld. Ieder man kreeg eene tegemoetkoming van twee maanden soldij (2). Twee dagen na de overgave van Crèvecoeur verscheen de Prins met zijn leger voor Sint-Andrieshetwelk zich hardnekkig ver dedigde, op hoop van ontzet door don Louis de Velasco. Toen de be legerden tot de overtuiging kwamen, dat zij het spel zouden verliezen, werden den 8sten Mei de onderhandelingen geopend, die nog denzelfden 64 (1) Wachtendonk bevond zich sedert 24 December 1588 in het bezit der Spanjaarden. Tijdens do vermeestering door de Staatschen was de vijandelijke ruiterij afwezig om in het Keulscho te „moeskoppen". Het Staatsche voetvolk moest daartoe een arm van de Niers, bezet met ijs, doorwaden. De wallen van het kasteel werden beklommen door afgezeten ruiters van de vaan van Prins Maukits. In de stad vond men grooten buit, wijl de boeren hunne beste goederen daar geborgen hadjden. (2) Twee honderd man van de voortijdige bezetting togen naar Sint-Andries, tot welks garnizoen zij behoorden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1913 | | pagina 78