126 laatste bleek onnoodig: bij hoogen waterstand liepen de landouwen orïi de veste onder, zoodat graaf Hendrik zich moest vergenoegen om de handelingen van zijn tegenpartij te bespieden. Prins Maurits vertrok op 4 September naar het leger, na hernieuwde aanmaning der gewesten om in de legerlasten te gernoet te komen (1). Bij aankomst te Oosterhout, nabij den rechter Waal-oever tegenover Nijmegenlieten de infanterie en de schepen met de artillerie, opge houden door den „stereken ende contrarie windt zich nog wachten eerst den 9den September kon het leger, na overtocht van de Waal beneden Nijmegenop de Mookerheide verzamelen. Graaf Hendrik van den Berg bracht zijne troepen over Heijen naar Arcen en Venloen liet de brug van Wesel naar Rijnberk opvaren (2). Prins Maurits marcheerde den lOden September naar Gleve (3)waar de burgers de poorten opendende bezetting van het kasteel2 com pagnieën =350 man, gaf zich na eenige schoten over en trok uit met zijdgeweer en bagage; de vijand ontruimde eveneens het kasteel van Montelberg. De prins oordeelde alleszins noodig om de vestingwerken van Emmerik en Cleve te verbeteren; maar de Raad van State vond de daartoe vereischte som van 13.608 te hoog wegens „groote schaers- „heyt van penningen" en bewilligde slechts 4000 tot uitvoeiing van enkele werken, afbraak van de muren om het kasteel en de vooi pooi ten van Gleve (4). Op 16 September ging de Prins, met achterlating van eenige troepen onder Nicolaas Schmelsingh weder op marsch ovei Cranenburg naar Grave, verder over Megen naar Alem. Bij St. Andries was een brug over de Waal geslagen, zoodat de ruiterij, wanneer giaaf Hendrik van den Berg uit Yenlo een aanval op den IJssel mocht beproeven, Arnhem in één dag tot ondersteuning van Schmelsingh kon bereiken. Maar de anders zoo wakkere graaf draalde. Op 28 September trok de prins, ten einde bevrijd te blijven van aanslagen uit s Hei to- genbosch, over de brug den Bommelerwaard in, ging bij Hemert weder over de Maasbereikte den volgenden dag Drunen en bleef te Raamsdonk en Geertruidenberg (5)een groot aantal „nieuwe" Engelschen deseiteerden van hier naar den vijand. Prins Maurits betrok op 1 October een (1) Res. S. G. 2 en 3 September 1624. (2) S. G. Lias loopende 1624dd. 78 en 10 September. Het H. S. „Militaire Afbeel dingen" (Bibl. Dep. van O. 1 A 750, bladzijden 23, 14 en 15 yan het vierde gedeelte) bevat; Ordre de bataillie ordonné par son Exc. Ie 7 Septembre 1624 pres le maison de Bronchorst "pres de Nimmeghe, - Infanterie en Battaille devant Emmerik le 10de Septembre 1624. - Ordre d'infanterie et cavallerie en battaille devant Rhees le 19de d'Oetobre 1624 (3) De marschorder (Staatsarchief te Wiesbaden, M. N°. 676) is opgenomen in Aanteeke- ning N°. 74. (4) Res. S. G. 16 en 17 September; Lias loopende 1624, dd. 12, 13 en 24 September. (5) Res. S. G. 19 212425 en 30 September Lias loopende 1624dd. 1822 24 en 30 September. In de meeste zijner brieven aan de Staten-Generaal vroeg de Prins om geld eerst de Res. S. G. 22 October meldde de zending van 50.000 naar het leger.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 149