133 de grens-garnizoenen gezonden hadden (1). In weerwil van de slechte betaling trof men soms strenge maatregelen; de kapitein Alexander Frisel en de officieren zijner compagnie werden gecasseerd, omdat zij „hun grootelijck hebben te buyten gegaen ende met verscheyde leelicke „middelen het landt gefraudeert"hierop stond de doodstraf, doch men liet genade gelden voor recht (2). Niettegenstaande de geldnood namen de Staten-Generaal het voorstel van Holland tot tijdelijke indienstneming van 2000 ruiters en 5000 infan teristen over; de provinciën consenteerden in eene begrooting van 600.000. Voor eerste betaling rekende men noodig: een maand soldij voor 2000 ruiters57.000; aanritsgeld voor 3000 Duitschers, a 515.000; 2000 Franschen, a 816.000; Totaal 8S.000 te negocieeren „soo doenlijck opt voorsz. consent der provinciën ofte „bij faute van dien uyt het france secours, ende mede in eventum uyt „het secours van Venetie" (3). De Franschen ontvingen hooger loop- of aanritsgeld, omdat zij over zee moesten vervoerd worden; voor de Duitschers, die over zee kwamen, werd het tot 6 verhoogd; zoodra bij een compagnie 25 ruiters bijeen waren ontvingen zij een daggeld van 12 stuivers, de infanteristen van 4 stuivers (4). De nieuwe ruiterij bestond uit 23 compagnieën6 kurassiersde overige karabiniers of harquebusiershoofdzakelijk afkomstig uit Frank rijk en Duitschland. Vijf vanen Franschen waren aangekomen onder bevel van Frederik Maurits de la Tour d'Auvergne, hertog van Bouillon, kleinzoon van Prins Willem I (5); tot de Duitschers behoorden eenige vanen, die, vroeger in dienst van Luik, meermalen tegenover de Staat- sche ruiterij hadden gestaan; blijkbaar kozen zij de partij, waarbij zij de meeste voordeelen konden behalen. De regimenten infanterie van de kolonels Hendrik Lodewijk van Hatzfeldt en Hendrik von Yicke waren samengesteld uit Duitschers (6), het regiment van Henri de No- garet, hertog van Candalle, uit Franschen. De vijand had zich eveneens beijverd om meerdere troepen bijeen te brengen. Graaf Hendrik van den Berg vestigde zich te Hoogstraten (1) Zie Aanteekening N°. 78. (2) Res. R. v. St. 21 Maart. De compagnie, behoorende tot hot regiment van graaf Willem van Nassau, ging over op Arent van Haersolte (Res. R. v. St. 26 Maart 1625). (3) Res. S. G. 14 Januari. Omtrent dezen tijd stierf Francisco Contarini doge van Venetië; Giovanni Cornaro was zyn opvolger (Res. S. G. 6 Februari 1625). (4) Res. S. G. 18, 20 en 25 Januari, Res. R. v. St. 18, 28 en 31 Januari 1625. (5) Zie By'lage XII. (6) „Geheimes Staatsarchiv" te BerlijnRep. 24. Bijzonderheden betreffende de nieuwe korpsen cavalerie en infanterie worden vermeld in de Hoofdstukken II en III. Zie voorts Aanteekening N°. 79.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 157