134
met de geheele cavalerie, waarbij eenige keizerlijke korpsen, 1000
ruiters en 3000 xnan infanterie. De benden van ordonnantie (1), onder
Albert de Liune prins van Barbangon en Aremberg, en Nicolas de Blijer
de nationale infanterie onder Carlos Colonna de lichte cavalerie onder
Jean Varodz gezegd Gaucher, de vrije compagnieën (2) onder Filips
Ernst de Gavre, baron van Inchij; eindelijk het Duitsche secours van
2500 paarden, benevens 3000 man te voet onder Johan Jacob van
Bronckhorst, graaf van Anholt (3), verspreidden zich over den omtrek
van Antwerpen, Mechelen en Lier; terwijl Spinola een deel bij het be
legeringskorps van Breda aantrok (4)..
Al deze maatregelen werden getroffen onderwijl pest en roode loop
talrijke slachtoffers in de legers van vriend en vijand maakten; de
troepen leden dermate gebrek dat de desertie nauwlijks meer de aan
dacht trok (5). Terwijl Prins Maurits zich nog te velde bevond, had
men herhaaldelijk de Mark bij Zevenbergen afgedamd om het land onder
water te zetten, zoodoende Breda op schuiten van levensmiddelen te
voorzien; doch de waakzaamheid van Spinola verijdelde alle pogingen,
welke men ten slotte, vooral uit spaarzaamheid, staakte (6). Maar het
ontzet gaf men niet opde Staten-Generaal beraadslaagden daarover op
voorstel van Hollandwijl Prins Maurits „door lijffs swackheyt ver
hindert wert tegenwoordich te velde te gaan", met prins Hendrik Fre-
derik en droegen hem het legerbevel gedurende de ziekte en afwezig
heid zijns broeders opgraaf Ernst Casimir verklaarde het besluit te
zullen eerbiedigen (7). Intusschen offerden de provinciën geen penning van de
benoodigde 700.000 tot onderhoud der twee legerszoodat de Raad van
State verklaarde „de saecke" niet langer te kunnen staande houden en
met klem aandrong op eene ronde verklaring of de provinciën hunne
consenten al dan niet wilden opbrengen.
Alvorens te velde te gaan trad prins Hendrik Frederik, op aanspo
ring van zijn broeder, in het huwelijk met gravin Amalia, dochter van
graaf Johan Albrecht van SolmsBraunfels hofdame van de koningin
van Bohemen (4 April). Een week later gaf de prins uit zijn hoofd
lij Zy konden desgevorderd 3000 paarden uitbrengen, maar wegens ziekte en onte
vredenheid over de verpleging keerden velen op eigen gezag huiswaarts.
(2) D. w. z. die niet onder regimentsverband stonden.
(3) Te voren baron van Anholt. Hjj schreef aan den Prins van Oranje, dat hij bevel
van den keizer had ontvangen om de neutraliteit der Republiek niet te schendenalleen
op te treden tegen Mansfeld (Brief N°. 98 dd. 17 Maart 1625 van Alviso Contarini
Centraal Archief te Venetië).
(4) H. Hogo „Le siège de la ville de Breda, 1631".
(5) Spinola liet 3 kapiteins en eenige Italiaansche officieren wurgen, verdacht van
oproer of verstandhouding met den vijand (Brief N°. 98 dd. 17 Maart 1625 van Alviso
Contarini, Centraal Archief te Venetië).
(6) Res. S. G. 3 April 1625.
(7) Res. S. G. 24 Maart; Seer. Res. S. G. 27 en 30 Maart 1625.