Jacques de Beaumont. 81 bidets.
159
Vaan N°. 34 (Deel II N°. 24).
Hes. R. v. St. 8 September 1600. S. v. 0. 1609 70 harquebusiers
Hasse Beun. op Overijssel.
Res. R. v. St. 17 October 1614. S. v. O. 1621 100 harquebusiers.
Unico Rippeeda, drost van
Twente (1).
Res. R. v. St. 24 November 1623.
Willem Rippeeda.
Vaan N°. 35 (Deel II N°. 19).
Res. R. v.St. 19October 1600. Luijet S. v. O. 1609 70 kurassiers, op
Rippeeda; overleden in 1615(2). Groningen.
Res. R. v. St. 21 Maart 1617. S. v. O. 1621 100 kurassiers en
Egbert Entens. 81 bidets.
Res.R. v. St. 28 Mei 1624. Melchioe
ÜOENDERS VAN HELPEN.
Vaan N°. 36 (Deel II NJ. 38).
Res. S. G. 29 April 1602. S. v. O. 1609= 70 harquebusiers,
Guillaume Pisset. op Groningen.
1 Mei 1623. Graaf Albrecht van S. v. O. 1621 100 harquebusiers.
Nassau-Dillenburg (3); geboren
1 November 1596, sneuvelt 16
Juni 1626 te Quekenbrücken
nabij Osnabruck.
Vaan N°. 37 (Deel II N°. 22).
Res. R. v. St. 13 October 1604. S. v. O. 1609 70 kurassiers, op
Johan de Poictiers gezegd Drenthe (5).
Cadet (4).
Res. R. v. St. 26 April 1617. S. v. O. 1621 100 kurassiers en
(1) Zijn compagnie to voet ging over op zijn broeder Eggerich Adriaan. Unico vroeg en
verkreeg jeerst in 1620 zijne commissie van den Eaad van State, waarbij deze opmerkte, dat
„Ilij niet wel gedaen heeft dezelve niet over zess jaeren genomen te hebben" (Ees. E. v. St.
21 Juli 1620).
(2) Zie Aanteekening N°. 93.
(3) Akte van Prins Maurits (Archief E. v. St. N°. 1218). De Eaad van State verleende
den graaf geen commissie. Hij had mede een compagnie te voet (Res. E. v. St. 17 December
1621). Hij was een zoon van graaf George den Oude en kleinzoon van graaf Johan den
Oude.
(4) Cadet trad in 1617 in dienst van den koning-keurvorst Frederik V van de Palts,
deed drie jaren later moeite om Prins Maurits met 2 of 3 paarden te velde te mogen
volgen (Ees. S. G. 17 Juli 1620).
(6) Deze vaanwaarbfj eenige Italianen waren ingedeeldhad immer de grootste moeite
om aan geld te komen (Res. S. G. 2 November 1609, 23 Februari 1610, Res. E. v. St. 11
Mei 1622).