178
g. HET GRONINGSCHE REGIMENT OF REGIMENT VAN
STAD EN LANDE.
Na overlijden van graaf Willem Lodewijk van Nassau volgde in
1620 Prins Maurits, in 1625 graaf Ernst Casimie hem op als stad
houder, tevens als chef van het regiment.
De andere hoofdofficieren waren de overste-luitenant jhr. Casper van
Ewssum, heer van Nyenoort (1), en de sergeant-majoor Hans Ploegh.
h. REGIMENTEN ENGELSCHEN.
In 1625 stonden in dienst der Republiek
a. de drie oude regimenten;
b. het regiment in 1616 samengesteld uit de Engelsche garnizoenen
der pandsteden Brielle en Vlissingen; en
c. de vier regimenten van 1624.
Van de Engelschen in de pandsteden werden de compagnieën van den
afgetreden gouverneur van Brielle, sir PIoratio Vere, en van den luite
nant-gouverneur sir Edward Conway, resp. 200 en 100 hoofden sterk
bij het regiment van eerstgenoemde gevoegd (1). Een nieuw opgericht
regiment van 12 compagnieën de compagnie-collonnelle van 200, 11
compagnieën van 100 hoofden kwam onder bevel van sir Robert
Sidney, burggraaf de Lisle, zoon van den afgetreden gouverneur van
Vlissingen. De 14 compagnieën eischten ter maand van 42 dagen de
volgende sommen van de Republiek (2):
2 compagnieën van 200 man ad 2.6125.224.
12 J00 1.41717.004.
22.22S.
makende per loopende maand 10.097132
traktementen: kolonel 400, luitenant
kolonel 100, sergeant-majoor 80,
kwartiermeester 80, provoost 50,
te zamen710
16.807—13—2
De repartitie leidde tot hevigen strijd en groote moeite om aan de
penningen te komen, terwijl de kolonel Sidney en de luitenant-ko
lonel Throgmorton op eigen gezag hunne compagnieën begonnen te
versterken met uit Engeland overgekomen recruten, hetgeen natuurlijk
verboden werd (3).
(1) Caspar van Ewssdm, in Res. S. G. 3 April 1621 overste-luitenant van het Nassausclie
regiment op Groningen genoemd, zag b\j Res. S. G. 11 Juni van hetzelfde jaar zijn trakte
ment van 200 tot 300 vermeerderd.